Het kwaliteitsniveau selecteren
Selecteer de kwaliteit (datacompressieverhouding) voor stilstaande afbeeldingen
naargelang van hoe de afbeeldingen zullen gebruikt worden.
E
Hoe meer
, hoe hoger de kwaliteit van de afbeeldingen maar hoe groter het
4
bestand
wordt. Het aantal Opnamepixels beïnvloedt ook de grootte van het
beeldbestand (blz.64).
Kwaliteitsniveau
C
Best
D
Beter
E
Goed
1
Druk in de stand A op de knop 3.
Het menu [A Opnemen] verschijnt.
2
Selecteer [Kwaliteitsniveau] met de vierwegbesturing (23).
3
Druk op de vierwegbesturing (5).
Er verschijnt een afrolmenu.
4
Wijzig het kwaliteitsniveau met de
vierwegbesturing (23).
De opslagcapaciteit voor het geselecteerde
kwaliteitsniveau verschijnt ook bovenaan rechts
op het scherm.
5
Druk op de knop 4.
De instelling van Kwaliteitsniveau wordt opgeslagen.
6
Druk op de knop 3.
De camera gaat terug naar de opnamestand met de huidige instelling.
In de
Geschatte opslagcapaciteit en opnametijd (Stilstaande Foto) (
66
2, 3, 4
5
1, 6
Beschikbaar in b R A q < I i \ c
Laagste compressiefactor. Geschikt voor fotoafdrukken.
Standaard compressiefactor. Geschikt voor weergave van opnamen
op het beeldscherm van een computer.
Hoogste compressiefactor. Geschikt voor plaatsing op een
website of om als bijlage bij e-mailberichten te gebruiken.
Y
instelling wordt het kwaliteitsniveau vastgesteld op
Opnemen
Opnamepixels
MENU
Kwaliteitsniveau
AF-modus
Gevoeligheid
Belicht. corr.
Video
Exit
Exit
Einde
MENU
a
Opslagcapaciteit
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
AF-modus
Gevoeligheid
Belicht. corr.
Video
MENU
1/2
8
M
Auto
±0
E
38
Stop
OK
OK
D
.
blz.146
)