Elektrische aansluiting
7
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
L
Instrument staat onder spanning!
Verkeerde aansluiting kan ernstig of dodelijk letsel tot gevolg hebben!
‣
De elektrische aansluiting mag alleen worden uitgevoerd door een elektrotechnicus.
‣
De elektrotechnicus moet deze beknopte handleiding hebben gelezen en begrepen en de
instructies daarin opgenomen opvolgen.
‣
Voor het uitvoeren van de aansluitwerkzaamheden, moet worden gewaarborgd dat op
geen enkele kabel nog spanning staat.
LET OP
Het instrument heeft geen voedingsschakelaar
‣
Het instrument start zodra de voeding wordt aangesloten.
‣
Plaats een beveiligde uitschakelaar in de nabijheid van het instrument bij de
installatielocatie.
‣
De uitschakelaar moet een schakelaar of voedingsschakelaar zijn en worden gelabeld als
uitschakelaar voor het instrument.
‣
Een zekering met een maximaal waarde van 6,0 A moet door de klant worden voorzien.
Houd de locale voorschriften voor de installatie aan.
‣
De randaardeverbinding moet als eerste voor alle andere aansluitingen worden uitgevoerd.
Gevaar kan ontstaan wanneer de randaarde wordt losgekoppeld.
7.1
Versie met Memosens-technologie
1
L PE N
1
Voedingsspanning voor behuizings- of slangverwarming 115/230 V
behuizingsverwarming of slangverwarming, filter naar pomp)
2
Slangverwarming, filter naar pomp
3
Afscherming
4
Temperatuursensor
5
Memosens
1.
sluit de Memosens-kabel aan (geïntegreerd in de slang) op de CAT820 (bus 5) en CA80.
Dit om (met 24 V via Memosens) het monstervoorbereidingssysteem te voeden en
te regelen.
2.
Sluit de voedingsspanning van de slang-/behuizingsverwarming aan op L1, N1 en PE1.
26
2
L PE N
3
4
(voor versie met
AC
Liquiline System CAT820
5
PK GY GN YE
+
-
A B
A0029980
Endress+Hauser