INBEDRIJFSTELLING
CONTROLE:
1.
Luchtdebiet vs instelklep
a. Test B.Nom100%:
i. stel de snelheid in % van de ventilator (3333) in voor de vereiste luchtstroom
ii. stel de snelheid in % van de uitlaat (3864) in voor de vereiste luchtstroom
b. Test B.Nom0%:
i. stel de compensatie (3335) van de instelklep in voor de vereiste luchtstroom, zelfs als de instelklep volledig dicht is
ii. stel de compensatie (3366) van de instelklep in voor de vereiste luchtstroom, zelfs als de instelklep volledig dicht is
2. Veiligheidsdrempels voor het filter
a. Test B.Nom100% en Test B.Nom0%: lees de ΔP (3442) van het filter en regel de grootste aflezing vermenigvuldigd met 2,5 bij een
drempelwaarde van 3345
3. Testen voor het koelcircuit
a. Koelmodus
i. Test C----Koelen (stel toerental in bij de optionele compressor met variabel toerental)
1. Controleer de druk- en temperatuurwaarden van het circuit
2. Controleer het stroomverbruik
b. Verwarmingsmodus
i. Test C----Verwarmen (stel toerental in bij de optionele compressor met variabel toerental)
1. Controleer de druk- en temperatuurwaarden van het circuit
2. Controleer het stroomverbruik
4. Testen voor de opties van de unit
a. Elektrische bijverwarmers (Test H1-1 Volledig)
i. Controleer de toevoertemperatuur
ii. Controleer het stroomverbruik
b. Warmwaterbijverwarmers (Test H1-1 Volledig)
i. Controleer de toevoertemperatuur
ii. Controleer openen van klep
c. Gasbranderverwarmers (Test H1-1 Volledig)
i. Zie het hoofdstuk over de gasbranders
d. Elektrische voorverwarmers voor de verse lucht (Test H2-1 Volledig)
i. Controleer de toevoertemperatuur
ii. Controleer het stroomverbruik
e. eRecovery-verwarmers voor warm water (Test H2-1 Volledig)
i. Controleer de toevoertemperatuur
ii. Controleer openen van klep
f. TRMO
i. Test C3---Koelen:
1. Controleer de druk- en temperatuurwaarden van het circuit
2. Controleer het stroomverbruik
ii. Test C3---Heat:
1. Controleer de druk- en temperatuurwaarden van het circuit
2. Controleer het stroomverbruik
g. HRMO (warmtewiel)
i. Controleer of de wielmotor draait
5. Geavanceerde afstelling voor optimalisatie
a. ΔT compressor
i. Koeling:
1. Test C1c1 Koelen: lees de │Mix-Supply|-temp en regel de stap-ΔT van de compressor via menu 3434
ii. Verwarming.
1. Test C1c1 Verwarmen: lees de │Mix-Supply|-temp en regel de stap-ΔT van de compressor via menu 3444
b. ΔT bijverwarmers (gasbrander of elektrisch)
i. Verwarming.
1. Test H1-1: lees de │Mix-Supply|-temp en regel de stap-ΔT van de verwarmers via menu 3734
c. Sequentie van de stappen (compressor/elektrisch/water/branders)
i. Voorrang bijverwarmers 3731= Nooit/ Altijd/Buitentemp
ii. Voorrang voorverwarmers 3736= Eerst/Laatst
d. Dynamisch instelpunt
i. 3225= ΔT tussen instelpunt van klant en buitentemperatuur
e. Nauwkeurige temperatuurregeling
i. Zacht 3231= Neen/ DodeZone/Comfort
Wanneer alle instellingen zijn aangepast, moet de parameterlijst worden gedownload (via Wizard), opgeslagen en door de klant worden ondertekend.
BALTIC-IOM-2023.01-NL
WAARSCHUWING! Tijdens de instellingen moet
gewacht worden tot de economiser volledig
open of dicht is, omdat het 1-2 minuten duurt
om over te schakelen.
48