Bij hogere temperaturen dan aangegeven, met name in combinatie met verminderde waterdebieten,
kunnen afwijkingen optreden in de normale werking van de eenheid, of in de meest kritieke gevallen,
kunnen de veiligheidsvoorzieningen ingrijpen.
De units zijn ontworpen en gebouwd om te werken in de zomermodus, met condensatieregeling, met een
buitenluchttemperatuur tussen -10 ° C en +46 ° C. In de warmtepompwerking varieert het toegestane
temperatuurbereik van de buitenluchttemperatuur van -20°C tot +40°C, afhankelijk van de
uitgangstemperatuur van het water, zoals in de volgende tabel is aangegeven.
Bedrijfslimieten
Modus waterkoeler
Ruimtetemperatuur
Uitgangstemperatuur water
Modus warmtepomp
Ruimtetemperatuur
Uitgangstemperatuur water
Modus warmtepomp voor sanitair warm water
Ruimtetemperatuur met water op maximum 39°C
Ruimtetemperatuur met water op maximum 55°C
Uitgangstemperatuur water
De volgende bedrijfslimieten worden in grafiek weergegeven, in het geval van airconditioning en sanitaire
productie.
MODUS WARMTEPOMP
12.4 RUIMTELUCHTTEMPERATUUR EN VERKORTE TABEL
Minimum -10°C
Minimum +5°C
Minimum -20°C
Minimum +25°C
Minimum -20°C
Minimum -10°C
Minimum +25°C
Verwarmen
36
Maximum +46°C
Maximum +25°C
Maximum +30°C
Maximum +60°C
Maximum +40°C
Maximum +35°C
Maximum +60°C