3.4
Het apparaat inschakelen en instellen
1.
Plaats twee AA-batterijen (inbegrepen in de levering).
Er weerklinkt een signaal gedurende twee seconden (Afb. 1). Vervolgens schakelt de computer over naar
CLOCK & CALENDER MODE (Afb. 2).
CLOCK gaat branden.
2.
Druk op UP om het uur in te stellen. Bevestig met ENTER. Druk op DOWN om de minuten in te
stellen. Bevestig met ENTER.
3.
Ga door om het jaar (in het venster STROKES), de maand (in het venster CALORIES), de dag (in
het venster PULSE) in te stellen met de UP/DOWN-toetsen. Bevestig elke invoer met ENTER.
Na de bevestiging knippert ALARM.
4.
Druk op ENTER om de alarminstelling over te slaan.
5.
Druk op UP om een alarm in te stellen.
Naast ALARM verschijnt een pijl.
6.
Druk op ENTER.
Het venster CLOCK gaat branden.
7.
Stel de alarmtijd in met de UP/DOWN-toetsen. Bevestig met ENTER.
De computer gaat nu naar de SPORT-weergave (Afb. 3).
Wanneer u in de SPORT-weergave bent, knipperen MANUAL en RACE.
8.
Selecteer MANUAL of RACE met de UP/DOWN-toetsen. Bevestig uw keuze met ENTER.
Afb. 1
Afb. 3
20
Afb. 2
Afb. 4
RM50