Parameters
Koffiehoeveelheid
De koffiemachine kan 6-14 g koffiebo-
nen per kopje malen en zetten. Hoe
meer koffie u gebruikt, des te sterker
wordt de koffiedrank.
Aan de volgende kenmerken ziet u of u
de koffiehoeveelheid moet wijzigen:
De koffiehoeveelheid is te klein als
- de espresso of de koffie heel snel in
het kopje loopt,
- de crema erg licht van kleur en onbe-
stendig is,
- de espresso of koffie slap smaakt.
Vergroot de koffiehoeveelheid.
De koffiehoeveelheid is te groot als
- de espresso of de koffie slechts
druppelsgewijs in het kopje loopt,
- de crema donkerbruin is,
- de espresso of koffie bitter smaakt.
Verlaag de koffiehoeveelheid.
Tip: Als u de koffiedrank te sterk of te
bitter vindt, probeer dan een andere bo-
nensoort.
Bereidingstemperatuur
De juiste bereidingstemperatuur is af-
hankelijk
- van de gebruikte koffiesoort,
- van de vraag of u espresso of koffie
bereidt en
- van de luchtdruk op de plaats van
opstelling.
42
Tip: sommige koffiesoorten houden niet
van hoge temperaturen. Deze kunnen
van invloed zijn op de crema-vorming
en de smaak.
Bevochtigen van de gemalen
koffie
Als de bevochtigingsfunctie is inge-
schakeld, dan wordt de gemalen koffie
na het malen eerst met een kleine hoe-
veelheid heet water bevochtigd. Na kor-
te tijd wordt de resterende hoeveelheid
water door de vochtige gemalen koffie
geperst. Het aroma van de koffie komt
zo nog beter tot zijn recht.
U kunt een korte of lange bevochti-
gingstijd instellen of de functie "Be-
vochtigen" uitschakelen.