A.2 Afmetingen van een geïnstalleerde Sona
A.3 Sona onderdelen
CAUTION Degenen die het product uitpakken
dienen de vereiste bescherming en kleding dragen.
CAUTION Pak het product niet uit voordat deze
op de uiteindelijke installatieplaats gearriveerd is
om schade te voorkomen.
• Gebruik een vorkheftruck om de pallets te
laden en te lossen
• Gebruik een kruiskopschroevendraaier (niet
meegeleverd) om de houten kist te openen
• Pak het product uit in een droge omgeving
• Controleer het product tijdens het uitpakken
op schade en ontbrekende onderdelen
• Controleer kabels op schade
• Hergebruik en recycle het verpakkingsmateriaal
op de juiste manier
A.4 Zorg ervoor dat de afstand tussen de Sona en
andere vaste objecten minimaal 1,5 meter is.
A.5 Plaats de Sona niet dicht bij bomen of andere
snel bewegende objecten. Bewegende schaduwen
zullen de werking van de camera beïnvloeden en
een optimale werking van de Sona hinderen.
EN
A.6 De stroomkabel komt binnen bij de voet van de
boog, waar ook de knop komt te zitten. Zorg voor
NL
NL
een overlengte van 2 meter van de stroomkabel. De
kabel dient ten minste 60cm diep te liggen.
DE
B. GRONDMONTAGE
NOTICE
Zorg ervoor dat alle voorbereidingen zijn
getroffen zoals beschreven in hoofdstuk A.
B.1 Graaf de 2 gaten voor de ankers met de
aangegeven afmetingen. Zorg dat de stroomkabel
in positie ligt.
B.2 Lijn de bijgeleverde mallen uit volgens de
afmetingen op tekening.
B.3 Monteer de 6 ankers in de mallen volgens
tekening.
C. OPBOUWMONTAGE
NOTICE
Zorg ervoor dat alle voorbereidingen zijn
getroffen zoals beschreven in hoofdstuk A.
C.1 Lijn de mallen uit volgens tekening.
YA3500-210723
WARNING De stroomkabel naar het toestel
dient te worden gezekerd op een aparte groep in de
meterkast met een 30mA RCD, voorzien van een
10A of 16A zekering.
A.7 Sluit de stroom af alvorens de installatie te
beginnen.
A.8 Bereid de plek voor van de Sona. Een
verdieping (cunet) voor de Sona vloer met de juiste
ondergrond, en het stroompunt op de juiste positie
ten opzichte van het cunet. Gebruik de mal om de
juiste positie te bepalen.
A.9 Bereid, indien nodig, de grond voor:
• Zorg ervoor dat het oppervlak in alle richtingen
waterpas is
• Bepaal het maaiveld (nul-niveau) van de
ondergrond. Dit is het referentiepunt voor alle
andere afmetingen
• Zorg voor voldoende drainage.
A.10 Kies het installatietype dat geschikt is voor
het oppervlak waarop de Sona geïnstalleerd zal
worden.
• Grondmontage (in bestaande grond): ga verder
met deel B
• Opbouwmontage (bovenop bestaand
oppervlak): ga verder met deel C
WARNING Opbouw montage is alleen mogelijk
als het oppervlakte bestaat uit ten minste 15cm
goede kwaliteit (minimaal C20) beton.
B.4 Giet het beton tot de aangegeven hoogte en
wacht tot het hard is. Eén moer en sluitring blijven
achter in het beton, daar is rekening mee gehouden
in de aantallen.
B.5 Verwijder de bovenste moeren en sluitringen en
verwijder vervolgens de mallen.
NOTICE
Vervolg de installatie bij stap D.1.
C.2 Boor drie gaten per mal volgens de
voorschriften van de toe te passen chemische
ankers.
44