Stappen
1. Koppel de datakabels van de harde schijf los van het moederbord.
2. Koppel de voedingskabels van de processor los van de systeemkaart.
3. Koppel de voedingskabels van de systeemkaart los van de systeemkaart.
4. Koppel de voedingskabel van de bovenste chassisventilator los van de systeemkaart.
5. Koppel de voedingskabel van de voorste chassisventilator los van de systeemkaart.
6. Koppel de voedingskabel van het zijlampje los van de systeemkaart.
7. Koppel de SATA-voedingskabel los van de systeemkaart.
8. Koppel alle kabels los die op de systeemkaart zijn aangesloten.
OPMERKING:
Noteer hoe alle kabels lopen voordat u ze verwijdert, zodat u deze correct kunt terugplaatsen wanneer u de
systeemkaart terugplaatst. Voor informatie over sytsteemkaartconnectoren, zie
OPMERKING:
Noteer hoe alle kabels lopen voordat u ze verwijdert, zodat u deze correct kunt terugplaatsen wanneer u de
systeemkaart terugplaatst.
9. Verwijder de negen schroeven (#6-32x1/4") waarmee de systeemkaart aan de standoffs van het chassis is bevestigd.
10. Verwijder de schroef (#6-32x1/4") waarmee de I/O-beugel aan de voorzijde aan het chassis is bevestigd en verwijder de I/O-beugel
aan de voorzijde.
11. Houd de rand van de systeemkaart vast waar de I/O-poorten aan de voorkant zich bevinden.
12. Houd de rand van de systeemkaart vast waar de poorten aan de achterzijde zich bevinden.
13. Til de systeemkaart onder een hoek omhoog uit het chassis en verwijder deze.
86
Onderdelen verwijderen en plaatsen
'onderdelen van de
systeemkaart'.