CattronControl™ CT24
Gebruikershandleiding
CS is mogelijk met slechts één antenne, maar waar een kraan over grote machines gaat, kan het nodig zijn om
twee antennes te hebben, zodat ten minste één antenne direct zicht heeft op een handig en mogelijk veiliger
werkgebied; anders is het misschien niet mogelijk om controle over de kraan te krijgen.
7.5.3.2 Bereiklimiet (RL)
Bereiklimiet (RL) legt enkele beperkingen op de maximale afstand die een operator mag hebben van een
machine voordat de operatie wordt gestopt. Deze afstand moet een betrouwbare werkgebied zijn waar het RL
normaal gebruik niet zal onderbreken.
Een typisch RL-betrouwbaar bereik zou ongeveer 15 m (50 ft) zijn. Impliciet betekent betekent dit dat
intermitterende werking mogelijk op 30 m (100 ft). Als de vooraf ingestelde RSS wordt overschreden voor een
vooraf ingestelde tijd, wordt de bewerking gestopt en moet de operator naar een betrouwbare RL-regio gaan om
weer controle te krijgen. Als CS is ingeschakeld, moet een CS opnieuw worden geïnitieerd voordat de bewerking
kan worden hervat. RL werkt niet goed op kranen die hoger zijn dan 10 m (32 ft). RL vereist ook antenne
diversiteit. Er zijn twee antennes nodig vanwege de behoefte aan meer precisie.
7.5.4 Opmerkingen over de verschillen tussen IR en RF Close Start
Deze Range Control-functies, en in het bijzonder Close Start, zijn mogelijk met behulp van RF zoals hier
beschreven of infrarood. Er zijn enkele opmerkelijke verschillen tussen RF en IR, en daarom verschillen RF-en
IR-afstandsbedieningsfuncties op de volgende manieren:
•
IR vereist de toevoeging van een of meer IR-zenders en -ontvangers op de machine en de OCU; RF
maakt gebruik van de radio's die al worden gebruikt voor de datatransmissie, zodat het inherent
eenvoudiger is en mogelijk minder kost.
•
RF is niet directioneel, maar IR is zeer directioneel en vereist dat de OCU goed wordt uitgelijnd met een
duidelijke zichtlijn voordat een CS mogelijk is, terwijl RF alleen een algemene uitlijning vereist.
•
IR heeft een relatief kort bereik, wat goed is voor Close Start en zoneregeling; RF heeft een relatief lange
afstand, waardoor zowel een nauwe start als een bereik limiet mogelijk is.
•
IR kan worden geblokkeerd door sommige lichtbronnen zoals lassen; RF wordt niet geblokkeerd.
7.6
Vertraagde uitschakeling (alleen LRC OCU's)
De Vertraagde uitschakelfunctie is een optionele functie.
De Vertraagde uitschakeling activeert een gecontroleerde OCU-uitschakelingsmodus waardoor een gebruiker kan
overschakelen van afstandbedieningsfunctie naar een lokale bedieningsfunctie, zonder dat de machine wordt
uitgeschakeld.
Bijvoorbeeld, hierdoor kan een door een dieselmotor aangedreven hydraulische machine gedurende deze korte
overdrachtsperiode blijven draaien in plaats van dat de bestuurder een machine/motor startsequentie doorloopt
om het apparaat weer in de handmatige modus te zetten. Dit is meestal nodig wanneer de OCU wordt
achtergelaten in een opslaglocatie die ver verwijderd is van de voertuigcabine; bijvoorbeeld in ondergrondse
mijnbouwmachines.
In deze modus blijft een OCU actief gedurende een vooraf bepaalde tijdsvertraging, tussen 30 seconden en 5
minuten nadat de AAN/UIT-schakelaar is uitgeschakeld. Tijdens deze "DSO-periode" zijn alle OCU-
besturingselementen uitgeschakeld, met uitzondering van de STOP- en TILT-functies.
De OCU wordt uitgeschakeld wanneer een van de volgende gebeurtenissen van toepassing is:
•
De DSO-periode is verstreken
•
De STOP-knop wordt ingedrukt
9M02-7608-A001-NL
58