De belgeschiedenis weergeven
1.
Druk in het Startscherm van het bedieningspaneel van de printer op de knop naast Fax.
2.
Druk op de knop Snele contacten en scrol dan met de knoppen rechts naar Oproepgeschiedenis en
selecteer deze optie.
Gebruik rapporten
U kunt de printer zodanig instellen dat foutrapporten en bevestigingsrapporten automatisch worden afgedrukt
voor elk faxbericht dat u verzendt en ontvangt. U kunt desgewenst ook handmatig printsysteemrapporten
afdrukken; deze rapporten bevatten nuttige informatie over de printer.
Standaard is de printer zodanig ingesteld dat er alleen een rapport wordt afgedrukt als zich een probleem
voordoet bij het verzenden of ontvangen van een fax. Na het verzenden van een faxbericht verschijnt er kort een
bericht op het scherm van het bedieningspaneel met de mededeling dat het faxbericht goed is verzonden.
Opmerking 1 Als de rapporten niet leesbaar zijn, controleert u de geschatte inktniveaus vanuit het
bedieningspaneel of de HP-software. Zie Hulpprogramma's printerbeheer voor meer informatie.
Opmerking 2 Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te
kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwing voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een
vervangende cartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de
inktcartridges niet te vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt.
Opmerking 3 Controleer of de printkop en inktcartridges in goede staat verkeren en goed zijn geïnstalleerd.
Zie Werken met inktcartridges voor meer informatie.
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Bevestigingsrapporten voor faxen afdrukken
•
Foutrapporten voor faxen afdrukken
•
Het faxlogboek weergeven en afdrukken
•
Druk de details van de laatste faxtransactie af
•
Een rapport beller-ID's afdrukken
•
Een T30-faxtraceerraport afdrukken
Bevestigingsrapporten voor faxen afdrukken
Indien u een gedrukte bevestiging wilt wanneer uw faxen succesvol werden verzonden, kiest u Aan (Fax
verzenden) of Aan (Verzenden en ontvangen) om de faxbevestiging mogelijk te maken voor u faxen verzendt.
De standaardinstelling voor faxbevestiging is Aan (Fax verzenden).
Opmerking U kunt een afbeelding van de eerste faxpagina opnemen in het bevestigingsrapport dat
aangeeft dat de fax is verzonden als u Aan (Fax verzenden) of Aan (Verzenden en ontvangen) selecteert,
en als u de optie Scannen en faxen gebruikt.
Faxbevestiging inschakelen
1.
Druk in het Startscherm op het printerbedieningspaneel op de knop
2.
Met de knoppen rechts bladert u naar en selecteert u Faxinstelling, Faxrapporten. Selecteer dan
Faxbevestiging.
3.
Blader naar en selecteer een van de volgende opties.
Uit
Aan (Fax verzenden)
Aan (Fax ontvangen)
Aan (Verzenden en
ontvangen)
Er wordt geen bevestigingsrapport afgedrukt wanneer u faxberichten verzendt en ontvangt.
Er wordt een bevestigingsrapport afgedrukt voor elke fax die u verzendt. Dit is de
standaardinstelling.
Er wordt een bevestigingsrapport afgedrukt voor elke fax die u ontvangt.
Er wordt een bevestigingsrapport afgedrukt voor elke fax die u verzendt of ontvangt.
(Installatie).
Gebruik rapporten
51