83258407 • 1/2013-04 • La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Cascademanager WCM-KA 3.0
7 Inbedrijfstelling
7 Inbedrijfstelling
Het menu inbedrijfstelling verschijnt automatisch:
▪
Na de eerste inbedrijfstelling.
▪
Na reset volledig toestel.
▪
Na reset SK#1-regelaar.
7.1 Voorwaarden
De inbedrijfstelling mag enkel door gekwalificeerde vaklui uitgevoerd worden.
Enkel een correct uitgevoerde inbedrijfstelling garandeert de bedrijfszekerheid van
het toestel.
▶
Voor de inbedrijfstelling controleren of alle montage- en installatiewerken afgeslo-
ten zijn.
7.1.1 Condensatieketels aan cascadewerking aanpassen
Werking rookgasafsluitinrichting
Om het drukverlies van de rookgasafsluitinrichting te compenseren, moeten het on-
derste en het bovenste ventilatortoerental verhoogd worden.
▶
Condensatieketels bij parameter 11 op werking met rookgasklep EA instellen (zie
montage- en bedieningsrichtlijnen WTC ...).
Brandertaktvergrendeling op de condensatieketel deactiveren.
De bij parameter 34 ingestelde brandertaktvergrendeling is bij condensatieketels in
cascade niet nodig daar de cascademanager de tijdelijke regeling overneemt.
▶
Brandertaktvergrendeling parameter 34 deactiveren --- (zie montage- en bedie-
ningsrichtlijnen WTC ...).
109-118