Inhoudsopgave
Advertenties
Deltatop DO61W, DO62C, DO63C, DO64P, DO65F
!
Endress+Hauser
3.5
Inbouwpositie bij metingen in stoom
Bij de flowmeting in stoom moeten twee condensaatvaten worden gebruikt. Deze moeten op
dezelfde hoogte liggen. De transmitter moet onder de leiding zijn gemonteerd. De leidingen tussen
transmitter en condensaatvaten moeten aan beide zijden volledig met water zijn gevuld (waterslot).
Een 5-voudig ventielblok maakt een eenvoudig leidingwerk mogelijk en kan in plaats van de
T-stukken en de extra condensaataftapventielen worden gebruikt.
De werkdrukleidingen moeten met een stijging van 1:15 worden geïnstalleerd, om het betrouwbaar
opstijgen van luchtinsluitingen in het waterslot van de transmitter te waarborgen.
Bovendien wordt geadviseerd, flensparen, of nog beter gelaste verbindingen, bij de stoomtoepassing
te gebruiken. Na de afsluitventielen kan met Ermeto-koppelingen worden gewerkt.
Opmerking!
Bij metingen in stoom is de montage van afscheiders (5) en aftapventielen (7) zinvol, om eventuele
vervuilingen op te kunnen vangen en af te kunnen voeren.
2
+
6
7
A: Met 3-voudig ventielblok voor eenvoudig ontluchten van de transmitter, vooral bij kleine verschildrukken;
B: Met 5-voudig ventielblok voor leegblazen van de leiding;
1: Meetflens; 2: Afsluitventielen; 3: Ventielblok; 4: Verschildruktransmitter Deltabar; 5: Afscheider; 6: Condensaatvaten;
7: Aftapventielen
A
5
➀
2
➃
–
3
6
7
B
5
–
+
1
2
2
3
6
6
7
7
4
Montage
P01-DOxxxxxx-11-xx-xx-xx-013
13
Advertenties
Inhoudsopgave
