6
7
8
Hiermee is de configuratie van het scannerstuurprogramma voltooid.
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
Klik op de knop [Zoeken].
Als u het IP-adres weet, kunt u op de toets [Invoer] klikken en
het IP-adres zonder zoeken invoeren.
Selecteer het IP-adres van het apparaat in
het menu "Adres" en klik op de toets [OK].
• Vraag de systeembeheerder (netwerkbeheerder) om het
IP-adres van het apparaat.
• De naam (hostnaam) of het IP-adres van het apparaat kan
rechtstreeks worden ingevoerd bij "Adres".
• Als het poortnummer dat wordt gebruikt door de
scannerfunctie van het apparaat is gewijzigd, voert u een
dubbele punt in ":" achter het IP-adres en vervolgens geeft u
het poortnummer op. (Het poortnummer hoeft normaal
gesproken niet ingevoerd te worden.)
Klik op de toets [OK].
1-102
Inhoudsopgave