Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Uitbedrijfname/Demontage; Onderhoud; Controles Van De Installatie Voor Regenwaterhergebruik; Controle Van De Voordruk - Wilo Rainsystem AF400 Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Verberg thumbnails Zie ook voor Rainsystem AF400:
Inhoudsopgave

Advertenties

nl
8

Uitbedrijfname/demontage

9

Onderhoud

9.1
Controles van de installatie voor
regenwaterhergebruik
9.2

Controle van de voordruk

32
Door de drukregeling worden de pompen ingeschakeld, totdat de verbruikersleidingen met
water zijn gevuld en de ingestelde druk is opgebouwd. Als de druk niet meer verandert
(geen verbruikersafname binnen een vooringestelde tijd), schakelt de regeling de pomp uit.
Een gedetailleerde beschrijving is te vinden in de inbouw- en bedieningsvoorschriften
van de pomp dan wel van het regelsysteem.
Zie ook: Voorbereiden en controlemaatregelen pagina [" 30]
Stel de installatie voor regenwaterhergebruik vóór onderhouds- of reparatiewerkzaamhe-
den als volgt buiten bedrijf:
1.
Spanningstoevoer uitschakelen en tegen onbevoegde herinschakeling borgen.
2.
Sluit de afsluitarmatuur voor en na de installatie.
3.
Sluit de verswatertoevoer af.
4.
Sluit het membraanexpansievat aan de doorstromingsarmatuur en maak het leeg.
5.
Maak de pomp/installatie volledig leeg door de onderste aftapschroef op de pomp te
openen.
Om optimale bedrijfsveiligheid te waarborgen bij zo laag mogelijke bedrijfskosten raden wij
aan de installatie voor regenwaterhergebruik regelmatig te controleren en te onderhouden
(zie norm DIN 1988). Geadviseerd wordt om hiervoor een onderhoudscontract met een
vakspecialist of met de Wilo-servicedienst af te sluiten.
De volgende controles dienen regelmatig uitgevoerd te worden:
Controle van de bedrijfsgereedheid van de installatie voor regenwaterhergebruik.
controle van de mechanische afdichtingen van de pompen. Voor de smering heeft de
mechanische afdichting water nodig. Er kan een beetje water uit de afdichting lekken.
Vervang de mechanische afdichting als er een groot waterlek is.
Controle van het membraanexpansievat (halfjaarlijks) op correct ingestelde voordruk en
dichtheid (Fig. 3b en 4).
Vulpeilsensor van de niveauregeling in de hybride container op vervuiling controleren
(jaarlijks).
VOORZICHTIG
Gevaar voor materiële schade door verkeerde voordruk!
Een verkeerde voordruk heeft invloed op de werking van het membraan-
expansievat en kan leiden tot grotere slijtage van de membranen en tot
installatiestoringen. Een te hoge voordruk leidt tot beschadiging van het
membraanexpansievat.
• Controleer de voordruk.
Maak het membraanexpansievat aan de waterzijde drukloos (doorstroomarmatuur slui-
ten (Fig. 3b – pos. A)). Laat het restwater via de afvoer weglopen (Fig. 3b – pos. B).
Controleer de gasdruk op het ventiel van het membraanexpansievat (boven, bescherm-
kap verwijderen) met een luchtdrukmeter (Fig. 3b – pos. C).
Indien nodig de druk door bijvullen van stikstof corrigeren. (PN 2 = pompinschakeldruk
p
verminderd met 0,2 – 0,5 bar of waarde volgens de tabel op het reservoir (Fig. 4) –
min
Wilo-servicedienst). Bij een te hoge druk stikstof laten ontsnappen via het ventiel.
Beschermkap weer plaatsen.
Sluit de aftapklep op de doorstroomarmatuur.
Doorstroomarmatuur openen.
LET OP
• Neem de documentatie van de betreffende fabrikant van het onder-
deel in acht.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Rainsystem AF400 • Ed.01/2024-07

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave