Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gebruik Met Gedeeltelijke Belasting; Afvoer Van De Verbrandingsproducten; Bepaling Van De Diameters; Afvoerbuis - Atlantic Ygnis Pyronox LRP NT Plus 1 Installatie- En Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

6.8.3.
Aansluiting aan de brandstofvoorziening
De hele installatie mag alleen door een installatiefirma met vergunning uitgevoerd worden. De installaties moeten
volgens de plaatselijke voorschriften uitgevoerd worden.
In het bijzonder moet verhinderd zijn, dat de brander bij geopende keteldeur kann starten. Goede praktijk is om de
brander zo aan de brandstofvoorziening aan te sluiten, dat deze geopend moet worden om de keteldeur te
kunnen openen. Alternatief moeten de branderkabels met klembekmoffen zodanig bevestigt worden, dat de deur
alleen geopend kann worden, nadat de stekkers op de brander getrokken zijn.
6.8.3.1.
Gasbrander
Neem de aparte handleiding van de brander in acht.
De gasinstallatie moet in overeenstemming met de gasdoorstroming en de beschikbare gasdruk gedimensioneerd
zijn.
In de gastoevoerleiding naar de brander moet een afsluitventiel worden aangebracht.
Belangrijk: Voor de aansluiting aan de gasleiding moet ervoor worden gezorgd dat deze doorgeblazen is en vrij
is van deeltjes en slijpsel.
Bij de inbedrijfneming en na elk openen van de gastoevoer moet de gasstraat op lekken worden
gecontroleerd (lekzoekspray).
De installatie mag alleen worden gebruikt met de daarvoor bestemde gaskwaliteit – let op het plaatje
op de brander!
6.8.3.2.
Oliebrander
Neem de aparte handleiding van de brander in acht.
6.8.4.

Gebruik met gedeeltelijke belasting

Het minimale brandervermogen volgens "Technische gegevens" moeten in acht genomen worden.
6.9.

Afvoer van de verbrandingsproducten

De algemeen geldige regels van de techniek en de nationale normen en voorschriften moeten in acht genomen
worden.
De verwarmingsketel Pyronox LRP NT Plus is volgens de nieuwste kennis van de techniek ontwikkeld. Door een
nauwkeurige afstemming van ketel en afvoer van de verbrandingsproducten wordt een optimaal gebruik van de
brandstof en zo een economische exploitatie bereikt.
6.9.1.

Bepaling van de diameters

De diameters voor verwarmingsketels moeten zonder trekbehoefte berekend worden.
Voor de bepaling van de diameters zijn met name de aard van de brandstof, het vermogen van de verwarmer
resp. van het verbrandingsaggregaat, temperatuur en hoeveelheid van de verbrandingsproducten en constructie
en hoogte van de schoorsteen bepalend.
6.9.2.

Afvoerbuis

Het is aan te bevelen de afvoerbuis te maken van een materiaal dat ongevoelig voor vocht en corrosiebestendig
is. Hij moet gunstig voor de stroming en met 30 tot 45° stijging in de schoorsteen geleid worden. Dit moet zo
gebeuren dat er geen condenswater vanuit de schoorsteen naar de verwarmingsketel terug kan stromen. Om de
overdracht van mechanische trillingen te voorkomen moeten de invoerplaatsen van afvoerbuizen met geschikte
wandvoeringsbuizen of aansluitbeugels worden voorzien. Aansluitingen van meer dan 1 m lengte moeten
geïsoleerd worden. Let er daarbij op dat er meetstompen uit de isolatie steken en dat beugels en
schoonmaakdeksel toegankelijk moeten blijven.
De schoorsteen moet gas- en overdrukdicht zijn, ongevoelig voor vocht en zuurbestendig uitgevoerd zijn.
Belangrijk:
De bekleding van de ketel moet gemonteerd worden, vóór dat de ketel aan de afvoerbuis
aangesloten wordt.
Maat- en constructiewijzigingen voorbehouden!
LRP NT Plus 1 - 14
18
editie 01.02.2019
© Copyright YGNIS AG CH-Ruswil

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave