EENVOUDIGE STORINGEN
De machine start niet
@ De machinedeur is niet goed dicht.
@ De steker zit niet in het stopkontakt.
De machine voert geen water aan
® De kraan is dichtgedraaid.
@ Er is geen druk op de kraan.
= De toevoersiang is geknikt.
® Het zeefje in de toevoer is verstopt.
De machine voert niet af
™ De afvoerslang is geknikt.
= De afvoermogelijkheid is verstopt.
™ De verlenging van de afvoerslang ligt niet goed.
® De afvoer is niet belucht.
Het afwasresultaat is niet goed
® De korven zijn te vol beladen.
® Het serviesgoed is onjuist geplaatst.
= Eén of enkele gaatjes in één of beide sproeiarmen
is verstopt.
= Trechter van bovenste sproeiarm was ergens mee
afgedekt.
m Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water
(in spoelbak).
@ Eén of meerdere zeven verstopt.
= Een zeef zit niet goed op z'n plaats.
= Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt.
= Afwasmiddel is te oud en/of te klonterig.
@ De draaidop van het zoutvat zit los.
® Het gekozen programma was te licht voor de aard
en/of hoeveelheid van de bevuiling.
Kalkvlekken, strepen, waas op het serviesgoed
= Kijk in alle gevallen naar zowel het zoutvat als de
glansmiddelhouder. In beide moet voldoende aan-
wezig zijn.
De afwas is niet droog
:
:
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf ct
Ho
59