5.9.5
Pulsen, principeschema's
De volgende kenmerken gelden voor deze apparaatserie:
•
Liftarc-vlamboogontsteking (zie hoofdstuk "TIG-lasopdrachtenselectie").
•
Automatische uitschakeling bij onsuccesvolle ontsteking resp. bij een langere onderbreking
van het lasproces (zie hoofdstuk "TIG-automatische uitschakeling").
5.9.5.1
Verklaring tekens en werking
Symbool Betekenis
Druk op de toortsknop
Laat de toortsknop los
Toortsknoppen tiptoetsen (kort indrukken en loslaten)
Er stroomt inert-gas
Lasvermogen
I
Gasvoorstromen
Gasnastromen
2-takt
2-takt speciaal
4-takt
4-takt speciaal
Tijd
t
Startprogramma
P
START
Hoofdprogramma
P
A
Gereduceerd hoofdprogramma
P
B
Eindprogramma
P
END
099-005033-EW505
15.01.2010
Opbouw en functie
INSTRUCTIE
TIG-lassen
69