1 1 1 1
l Wanneer het apparaat rechtstreeks op een buitenlijn is aangesloten:
Wanneer het apparaat rechtstreeks op een buitenlijn is aangesloten:
Wanneer het apparaat rechtstreeks op een buitenlijn is aangesloten:
Wanneer het apparaat rechtstreeks op een buitenlijn is aangesloten:
Druk op "PSTN" en druk daarna op "OK".
Het systeeminstellingen scherm verschijnt weer op het display.
l Wanneer het apparaat via een PBX is aangesloten:
Wanneer het apparaat via een PBX is aangesloten:
Wanneer het apparaat via een PBX is aangesloten:
Wanneer het apparaat via een PBX is aangesloten:
Druk op "PBX".
l Als u Kengetal selecteert, drukt u op de "Code" en gaat u naar de volgende stap.
Als u Kengetal selecteert, drukt u op de "Code" en gaat u naar de volgende stap.
Als u Kengetal selecteert, drukt u op de "Code" en gaat u naar de volgende stap.
Als u Kengetal selecteert, drukt u op de "Code" en gaat u naar de volgende stap.
l Als u Verbreken of Aardaansluiting selecteert, drukt u op "OK".
Als u Verbreken of Aardaansluiting selecteert, drukt u op "OK".
Als u Verbreken of Aardaansluiting selecteert, drukt u op "OK".
Als u Verbreken of Aardaansluiting selecteert, drukt u op "OK".
Het systeeminstellingen scherm verschijnt weer op het display.
3 3 3 3
Voer het kengetal in en druk op "OK" R R R R druk op "OK".
Voer het kengetal in en druk op "OK"
Voer het kengetal in en druk op "OK"
Voer het kengetal in en druk op "OK"
OPMERKING
• • • •
Zorg dat u na het kengetal een pauze invoert. Zonder pauze kunt u het nummer niet vastleggen.
4 4 4 4
Druk op "Gereed".
Druk op "Gereed".
Druk op "Gereed".
Druk op "Gereed".
Herhaal dit tot het scherm met de basisfuncties opnieuw verschijnt.
druk op "OK".
druk op "OK".
druk op "OK".
Instellen van faxbeheer
6 6 6 6
6-19
6-19
6-19
6-19