3.3
Omzetters
De mogelijkheid van een flexibele aanpassing aan de meest uiteenlopende meettaken is een ken-
merk van het dataverzamelingssysteem PWBlogg. Daartoe bieden wij specifieke transducers die
met het meetsysteem worden geleverd, zonder bijkomende voeding.
Standaardtransducers en/of meetinvoeren zijn mogelijk voor de volgende meetaantallen:
• Druk
• Temperatuur
• Puls-/telsignalen
• Statussignalen
Analog inputs
Tot 4 analoge transducers (druk, temperatuur, enz.) kunnen worden aangesloten. Voor elke trans-
ducer kan de 8-bit, 12-bit, 14-bit of 16-bit resolutie afzonderlijk worden ingesteld. Zo kunnen een
8-bit temperatuursignaal en een 16-bit druksignaal tegelijk worden verwerkt. Voor elke analoge in-
voer kan een onder- en bovengrens worden ingesteld, alsook een hysterese. Schommelingen van
de alarmoutput binnen de drempelwaarden tussen de aangepaste limietwaarde en het standaard
bedrijfsbereik kunnen door middel van hysterese worden voorkomen. Zo kunnen eenvoudige con-
troletaken worden verricht.
Statusinvoer
Tot 4 statusinvoeren zijn mogelijk. De invoer wordt geconfigureerd als digitale input van de status
van contacten, schakelaars, enz. De gebruiker kan aan elke status een tekst tot 5 tekens toewijzen.
Zo is het dus mogelijk om een SAV als „open" of „gesloten" aan te duiden. De status kan dan gem-
akkelijk worden afgelezen op het scherm van de datalogger en in tabelvorm. Als een vrij te kiezen
status als een alarmstatus wordt aangeduid, kunnen meetwaarden op basis van gebeurtenissen
worden geregistreerd.
Pulsinvoeren
Dataloggers van het type N6/x kunnen tot 4 pulssignalen bijhouden. De operator kan de puls-
waarden vrij instellen. Pulsen kunnen in termen van meterstanden worden geregistreerd, of als
een stroomsignaal of als een combinatie van beide. Een spanningspuls, een open collector of een
reedcontact kunnen als pulssignaal worden gebruikt.
Pulsinvoeren kunnen als NF-invoeren (< 2 Hz) of als HF-invoeren (2 Hz < f 100 Hz) worden bes-
chouwd. Volgens deze configuratie, is de stroom gebaseerd op het gemiddeld aantal pulsen per
interval 2 of het tijdverschil tussen 2 opeenvolgende pulsen.
3.4
Gegevens registreren en opslaan
De meetbereiken van de transducers die op de PWBlogg datalogger zijn aangesloten, worden door
de fabrikant geconfigureerd en kunnen niet door de klant worden gewijzigd.
De volgende instellingen voor de meetvereisten kunnen ter plaatse worden aangepast, door middel
van het PWB-Soft configuratiekader op een pc/laptop/pocket-PC:
• Identificatie (b.v. bedrijfsadres)
• Korte tekst (locatie/tijd)
• Start van de meting (datum/tijd)
• Scansnelheid (min. 1ms; max. 1u)
• Alarmsnelheid (indien vereist)
• Standaarddrempelwaarden voor analoge kanalen
• Alarmtoestand voor statusinvoeren
• Dataopslagmethode (ringgeheugen/lineair geheugen)
Handleiding voor dataverzamelingssysteem PWBlogg
9