TRANSPORTVEILIGHEID
LET OP
Laat NOOIT een persoon of dier onder
het apparaat staan tijdens het omhoog-
heffen.
Dubbele (ride-on) troffelmachines zijn
zeer zwaar en lastig om te verplaatsen.
Gebruik de juiste hijsprocedures voor
zwaar materieel en probeer de troffelmachine NIET te
hijsen aan de beveiligingsringen.
OPGELET!
De eenvoudigste manier om de troffelmachine te hijsen is
om de hijslussen die op het frame zijn gelast te gebruiken.
Deze hijslussen bevinden zich aan de linker- en rechterzij-
des van de stoel van de bestuurder.
Een band of ketting kan aan deze hijslussen worden beves-
tigd, waardoor een vorkheftruck of kraan de troffelmachine
op of van een betonplaat kan hijsen. De band of ketting
moet een minimale hijscapaciteit hebben van 1.000 kg
(2.000 ponden) en het hijsmateriaal moet geschikt zijn om
ten minste deze capaciteit te kunnen hijsen.
Transporteer de troffelmachine NOOIT met zwevende
pannen tenzij veiligheidsvergrendelingen worden gebruikt
die door de fabrikant specifi ek zijn vrijgegeven voor der-
gelijk transport.
Hijs de troffelmachine NOOIT meer dan 90 cm (3 ft)
boven de grond indien de zwevende pannen zijn bevestigd.
U dient voor het hijsen te controleren of de hijslussen niet
beschadigd zijn.
Zorg dat de kraan of het hijsmiddel goed is bevestigd aan
de hijslussen van de apparatuur.
Schakel de motor ALTIJD uit voordat u het apparaat gaat
transporteren.
Til het apparaat NOOIT op terwijl de motor nog draait.
Bevestig de brandstofdop goed en sluit de brandstofkraan
om te voorkomen dat brandstof wordt gemorst.
Gebruik adequate hijskabels (draad of kabel) van voldoen-
de sterkte.
Hijs de machine NIET tot onnodige hoogtes.
Bind het apparaat ALTIJD goed vast tijdens transport door
het apparaat met touw te bevestigen.
JTnS20H/SW20H-SERiE DUBBELE KRaCHTTROFFELMaCHinE • BEDiEningSHanDLEiDing: REviSiEnUMMER 4 (10/15/13) - pagina 11
veILIgheIdsInforMaTIe
SLEEPVEILIGHEID
LET OP
Controleer uw gemeentelijke, regionale, na-
tionale of internationale veiligheidbepalingen
betreffende slepen, zodat u voldoet aan de
Department of Transportation (DOT) Veilig-
heidsbepalingen betreffende het slepen,
voordat u de troffelmachine gaat slepen.
Om de mogelijkheid van een ongeval te beperken tijdens
het transporteren van de troffelmachine over openbare
wegen, dient u ALTIJD te controleren of de trailer de
troffelmachine kan dragen en of het sleepvoertuig en de
trailer mechanisch in goede staat zijn.
Schakel de motor ALTIJD uit voordat u het apparaat gaat
transporteren
Controleer of de bevestiging en koppeling van het sleep-
voertuig gelijk is aan, of groter is dan het 'bedrijfsvaardig
gewicht' van de trailer.
Controleer ALTIJD de bevestiging en koppeling op slijtage.
Sleep een trailer NOOIT indien de bevestigingen, koppe-
lingen, kettingen, enz. defect zijn.
Controleer de bandendruk van zowel het sleepvoertuig
als de trailer. De banden van de trailer moeten worden
opgepompt tot 50 psi koud. Controleer bovendien de
bandendikte van beide voertuigen.
Controleer ALTIJD of de trailer is voorzien van een vei-
ligheids ketting.
Bevestig ALTIJD op juiste wijze de veiligheidskettingen van
de trailer aan het sleepvoertuig.
Controleer ALTIJD of de richting van het voertuig en de
trailer, de back-up, remmen en trailerverlichting goed zijn
aangesloten en functioneren.
DOT-vereisten omvatten het volgende:
• Sluit de elektrische rembediening aan en test deze.
• Bevestig de draagbare aansluitkabels in de kabellade
met tiewraps.
De maximale snelheid voor het slepen op de snelweg is
90 km/u tenzij anders aangegeven. De adviessnelheid bij
het off-road slepen is 25 km/u of minder, afhankelijk van
het terrein.
Vermijd plotseling stoppen en starten. Dit kan blokkering
of dubbelklappen veroorzaken. Soepel, langzaam starten
en stoppen zal het slepen verbeteren.