Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Schaeffler HEATER50-SMART Gebruikershandleiding pagina 68

Inductieve verhitters
Verberg thumbnails Zie ook voor HEATER50-SMART:
Inhoudsopgave

Advertenties

8|Verhelpen van storingen
Foutmelding
[De spoeltemperatuur is te laag] De spoeltemperatuur is hoger
[De spoeltemperatuur is te
hoog]
[De interne systeemtempera-
tuur is te laag]
8
[Er heeft een onbekend alarm
opgetreden]
[De netfrequentie is te onstabiel
voor goede werking, Let op: de
staaf is niet gedemagnetiseerd!]
[De netstroom is te hoog, Let
op: de staaf is niet gedemagneti-
seerd!]
[De spoelstroom is te hoog. Let
op: de staaf is niet gedemagneti-
seerd!]
[De condensatorstroom is te
hoog. Let op: de staaf is niet ge-
demagnetiseerd!]
[Stroompiek op de spoel gesig-
naleerd. Let op: de staaf is niet
gedemagnetiseerd!]
[Spanningspiek op de spoel ge-
signaleerd. Let op: de staaf is
niet gedemagnetiseerd!]
68  |  BA 75
Mogelijke oorzaak
dan −10 °C (+14 °F).
De spoeltemperatuur is hoger
dan +120 °C (+248 °F).
Temperatuur koelprofiel is te
laag
Onbekende fout
De wisselstroomfrequentie is in-
stabiel.
De effectieve spanning van de
netvoeding is te hoog.
De effectieve spanning in de
spoel is te hoog.
De effectieve spanning door de
condensator is te hoog.
Er is een piekstroom gedetec-
teerd.
Er is een piekspanning van
meer dan 500 V gedetecteerd.
Oplossing
19. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
20. Wacht tot de omgevingstemperatuur boven −10 °C(+14 °F)
is gestegen.
21. Als de temperatuur binnen de limiet ligt en de fout nog
steeds optreedt, neemt u contact op met Schaeffler.
22. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
23. Wacht tot de omgevingstemperatuur tot onder +120 °C
(+248 °F) is gedaald.
24. Als de temperatuur binnen de limiet ligt en de fout nog
steeds optreedt, neemt u contact op met Schaeffler.
25. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
26. Wacht tot de omgevingstemperatuur boven −10 °C(+14 °F)
is gestegen.
27. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
28. Wacht enkele seconden en zet het apparaat weer aan.
29. Neem contact op met Schaeffler als de fout zich blijft voor-
doen.
30. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
31. Controleer de netfrequentie.
32. Schakel het apparaat weer in.
33. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
34. Controleer de netspanning.
35. Schakel het apparaat weer in.
36. Neem contact op met Schaeffler als de fout zich blijft voor-
doen.
37. Schakel het apparaat uit en zet weer aan met de hoofd-
schakelaar.
38. Probeer het opnieuw.
39. Neem contact op met Schaeffler als de fout zich blijft voor-
doen.
40. Schakel het apparaat uit en zet weer aan met de hoofd-
schakelaar.
41. Probeer het opnieuw.
42. Neem contact op met Schaeffler als de fout zich blijft voor-
doen.
43. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
44. Wacht enkele seconden en zet het apparaat weer aan.
45. Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
46. Wacht enkele seconden en zet het apparaat weer aan.
Schaeffler

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave