Het beeld is te licht of te donker.
> Controleer de instelling van de belichtingscompensatie.
•
Is de AE-vergrendeling
Er worden in één keer meervoudige beelden opgenomen.
> De witbalansbracketinstellingen ongedaan maken (P102).
Het object is niet goed scherp.
•
Het onderwerp ligt buiten het focusbereik van het toestel.
•
Er is camerabeweging (golfstoring) of het onderwerp beweegt enigszins.
•
Staat [Focusprioriteit] in het [Voorkeuze]-menu op [OFF]?
In dit geval wordt het beeld misschien niet correct scherp gesteld, zelfs als [AFS], [AFF] of
[AFC] in [Focusfunctie] ingesteld is.
•
Is de AF-vergrendeling
Het opgenomen beeld is wazig. De optische beeldstabiliseerder is niet effectief.
•
De sluitertijd wordt trager en de optische beeldstabilisatorfunctie werkt mogelijk vooral niet
goed wanneer u opnamen op donkere plaatsen maakt.
> We raden aan het toestel stevig vast te houden met beide handen wanneer u beelden
maakt.
(P31)
> Wij raden aan een statief en de zelfontspanner
maakt met een langzame sluitertijd.
•
Gebruikt u een lens die de stabilisatorfunctie gebruikt?
Er kunnen geen opnamen worden gemaakt met behulp van witbalansbracket.
•
Is er nog geheugen op de kaart beschikbaar?
Het opgenomen beeld ziet er onafgewerkt uit.
Er verschijnt ruis op het beeld.
•
Is de ISO-gevoeligheid hoog of de sluitertijd langzaam?
([Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO] wanneer het toestel vervoerd wordt. Daarom zal er als u
binnenshuis, enz. beelden maakt etc. ruis verschijnen.)
> De ISO-gevoeligheid verminderen.
> Verhoog de instelling voor [Ruisreductie] in [Fotostijl] of verlaag de instelling voor ieder van
de items behalve [Ruisreductie].
> Beelden op heldere plekken maken.
> Zet de [Lang sl.n.red] op [ON].
•
Is [Fotoresolutie]
(P141)
•
Is [Dig. zoom] ingesteld?
Overige
(P105)
op de juiste wijze toegepast?
(P105)
op de juiste wijze toegepast?
(P143)
(P140)
(P148)
of [Kwaliteit]
(P142)
(P76)
- 204 -
(P83)
(P33)
(P156)
(P88)
te gebruiken wanneer u opnamen
(P12)
laag ingesteld?
(P75)