Metingen aan gasleidingen
36
stabiliseringstijd uit te schakelen tikt u op
Stab.tijd. > Verkort.
Ga op dezelfde manier voor de meetduur te
•
werk.
Bedrijfsgas: aardgas, lucht, stadsgas, propaan,
butaan, vloeibaar gas en waterstof.
Kies hier met welk gas de te beproeven
•
installatie wordt gebruikt.
WENK!
Als de leiding met gas gevuld is moet de meting
met de instelling "Aardgas" worden uitgevoerd.
Meting met: aardgas, lucht, stadsgas, propaan,
butaan, vloeibaar gas en waterstof.
Selecteer hier of de proefdruk met lucht of
•
bedrijfsgas moet worden opgebouwd.
De meting kan ofwel via de gasbalg direct met het
bedrijfsgas plaatsvinden of na voorafgaande
spoeling van de leiding ook met lucht.
WAARSCHUWING!
Voor de meting met lucht dient er absoluut een
spoeling met een inert gas plaats te vinden.
Proefdruk/bedrijfsdruk: default instelling 23.0 hPa