Printer onderhouden
Het Wi-Fi-netwerk uitschakelen
1
Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
Instellingen > Netwerk/poorten > Netwerkoverzicht > Actieve adapter > Standaardnetwerk
Voor printermodellen zonder aanraakscherm drukt u op
2
Volg de aanwijzingen op de display.
Printerpoortinstellingen wijzigen na het installeren van een Internal
Solutions Port
Opmerkingen:
•
Als de printer een statisch IP-adres heeft, voert u geen wijzigingen door.
•
Als de computers zijn geconfigureerd om de netwerknaam te gebruiken (en dus niet een IP-adres),
wijzigt u de configuratie niet.
•
Als u een draadloze Internal Solutions Port (ISP) toevoegt aan een printer die daarvoor was
geconfigureerd voor een ethernetverbinding, koppelt u de printer los van het ethernetnetwerk.
Voor Windows-gebruikers
1
Open de printermap.
2
In het snelmenu van de printer met de nieuwe ISP, opent u Printereigenschappen.
3
Configureer de poort in de lijst.
4
Werk het IP-adres bij.
5
Pas de wijzigingen toe.
Voor Macintosh-gebruikers
1
Via Systeemvoorkeuren in het Apple -menu, navigeert u naar de lijst met printers en selecteert u vervolgens
+ > IP.
2
Typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
3
Pas de wijzigingen toe.
om door de instellingen te navigeren.
97