verschijnt. Zelf een diagnose stellen of een door uzelf
samengestelde behandeling volgen op basis van de
meetresultaten kan gevaarlijk zijn. Volg onvoorwaardelijk
de aanwijzingen van uw arts op.
WHO-classificatie:
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en het Natio-
nal High Blood Pressure Education Program Coordina-
ting Committee (coördinatiecommissie voor nationale
programma's voor uitleg over hoge bloeddruk) hebben
standaardwaarden voor de bloeddruk ontwikkeld voor
Tabel voor de classificatie van bloeddrukwaarden (maateenheid mmHg) voor volwassenen:
Bereik
Hypotonie (lage bloeddruk)
Normaal bereik
Prehypertensief bloeddrukbereik (*)
Hypertonie –
Hoge bloeddruk graad
Hypertonie –
Hoge bloeddruk graad
(*) Bloeddrukbereik dat kan overgaan in hoge bloeddruk
De WHO-classificatie in de display geeft aan in welk
bereik zich de gemeten bloeddruk bevindt.
Als de waarden van systole en diastole zich in twee
verschillende WHO-bereiken bevinden (bijv. systole in
het bereik hypertensie graad en diastole in het bereik
de herkenning van bloeddrukwaarden met een hoog en
een gering risico. Deze standaardwaarden dienen echter
alleen als algemene richtlijn, omdat de individuele blo-
eddruk bij verschillende personen en in verschillende
leeftijdsgroepen etc. afwijkt. Het is belangrijk dat u uw
arts regelmatig raadpleegt. Uw arts deelt u uw indivi-
duele waarden voor een normale bloeddruk mee en
de waarde waarboven de hoogte van de bloeddruk als
gevaarlijk moet worden beschouwd.
systolische bloeddruk
minder dan 105
tussen 105 en 120
tussen 120 en 140
tussen 140 en 160
meer dan 160
normaal) dan wordt de grafische WHO-classificatie op
het apparaat altijd weergegeven in het hoogste bereik
(in het voorbeeld dus 'hypertensie graad ').
7
diastolische bloeddruk
minder dan 60
tussen 60 en 80
tussen 80 en 90
tussen 90 en 100
meer dan 100
Maatregel
Controle bij uw arts
Zelf controleren
Controle bij uw arts
Raadpleeg uw arts
Raadpleeg uw arts
Adapted from JNC 2003