Opname van andere apparatuur
1
Schuif de schakelaar Mic/Line naar [LINE].
Druk op [MENU].
2
Druk op +, – om "LINE REC" te selecteren en
3
bevestig met [q OK].
Druk op +, – om "LINE INPUT" te selecteren en
4
bevestig met [q OK].
5
Druk op +, – om de gewenste instelling te
selecteren en bevestig met [q OK].
Als u aansluiting maakt met de hoofdtelefoonaansluiting
van een extern toestel of de line-uitgang van een draagbaar
apparaat, selecteert u respectievelijk "HIGH" of "LOW".
(De fabrieksinstelling is "HIGH".)
Druk op [F2 (CLOSE)].
6
Sluit het externe apparaat aan
7
Maak de verbinding met het externe toestel en schuif
de schakelaar Mic/Line naar "LINE". De geselecteerde
line-ingangsinstelling en het line-opnameniveau worden
weergegeven.
8
Houd [REC *] 1 seconde of langer ingedrukt.
Het apparaat gaat naar opname-stand-by.
9
Speel het externe apparaat af en pas het ingangs-/
uitgangsniveau aan.
Als de niveaumeter heen en weer beweegt en "
1
weergegeven, is het volume van het externe apparaat te
hoog. Pas het volume van het externe apparaat aan naar
het bereik "
", ook als het volume op zijn hoogst staat.
Als u de instelling van de line-ingang wilt aanpassen, drukt
u op [MENU] en volgt u de stappen
Nadat u het ingangs-/uitgangsniveau hebt aangepast, stopt
2
u de geluidsbron van het andere apparaat op het punt waar
12
u de opname wilt starten.
12
10
11
Dit apparaat heeft de volgende synchro-opnamefunctie.
Deze functie detecteert de stilte tussen tracks enz. en neemt
vervolgens iedere track in verschillende bestanden op (eerste
track, tweede track, enz.) De opname start automatisch wanneer
geluid van het externe apparaat wordt gedetecteerd. De opname
wordt gepauzeerd indien er een stilte van 2 seconden of langer
is. De opname wordt weer hervat zodra er weer geluid wordt
waargenomen.
Synchroon opname-instelling
1
2
3
4
" wordt
Druk op [F2 (CLOSE)] om het instellingenscherm te sluiten.
Synchroonopname:
1
4
tot
6
.
Druk op [REC *] om de opname te beginnen.
Speel het externe apparaat af.
Druk op [MENU].
Druk op +, – om "LINE REC" te selecteren en
bevestig met [q OK].
Druk op +, – om "SYNCHRO REC" te selecteren en
bevestig met [q OK].
Druk op +, – om "ON (Auto Stop)" of "ON (Manual
Stop)" te selecteren en bevestig met [q OK].
Auto: De opname wordt gepauzeerd wanneer het toestel
ongeveer 2 seconden stilte detecteert en wordt gestopt
na ongeveer 15 seconden stilte.
Manual: Ook na een langere stilte blijft de opname gepauzeerd
(stand-by) totdat u op [STOP g/RETURN] drukt.
(De fabrieksinstelling is "OFF".)
Voer de stappen
tot
1
11
(➜ links) uit.