Als de computer geen RJ-45-poort bevat en u verbinding wilt maken met een LAN, is een 8-pins RJ-45-
netwerkkabel of een optioneel dockingapparaat of -product vereist.
Ga als volgt te werk om de netwerkkabel aan te sluiten:
1.
Sluit de netwerkkabel aan op de netwerkconnector (1) van de computer of een optioneel
dockingapparaat of -product.
2.
Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een netwerkaansluiting in de wand (2) of op een
router.
OPMERKING:
ontvangst van tv- en radiosignalen wordt gestoord), sluit u de kabel op de computer aan met het
uiteinde waar zich het ruisonderdrukkingscircuit bevindt.
HP LAN-Wireless Protection gebruiken (alleen bepaalde producten)
In een LAN-omgeving kunt u HP LAN-Wireless Protection instellen om uw LAN-netwerk te beschermen tegen
niet-gemachtigde toegang. Als HP LAN-Wireless Protection is ingeschakeld, wordt de WLAN- (Wi-Fi) of
WWAN-verbinding uitgeschakeld wanneer de computer rechtstreeks verbonden is met een LAN.
HP LAN-Wireless Protection inschakelen en aanpassen
1.
Sluit een netwerkkabel aan op de netwerkconnector van de computer of een optioneel dockingapparaat
of -product.
2.
Start Computer Setup (BIOS).
Computers of tablets met een toetsenbord:
●
Schakel de computer in of start de computer opnieuw op en druk als het HP logo wordt
▲
weergegeven op
Tablets zonder toetsenbord:
●
Zet de tablet aan of start deze opnieuw op, druk snel op de knop Geluid zachter en houd deze
▲
knop ingedrukt totdat het opstartmenu wordt weergegeven. Tik op f10 om Computer Setup
te openen.
3.
Selecteer Advanced (Geavanceerd) en vervolgens Built-in Device Options (Ingebouwde apparaatopties).
Als de netwerkkabel een ruisonderdrukkingscircuit (3) bevat (dat voorkomt dat de
F10
om Computer Setup te openen.
Verbinding maken met een bekabeld netwerk
25