Netwerkconfiguratiepagina
Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u een netwerkconfiguratiepagina afdrukken om de
netwerkinstellingen voor de printer te bekijken.
U kunt de netwerkconfiguratiepagina gebruiken om problemen met de netwerkverbinding op te
lossen. Als u HP moet bellen, is het vaak nuttig deze pagina af te drukken voordat u belt. Om
de netwerkconfiguratiepagina af te drukken vanuit het bedieningspaneel: tik op en vervolgens
op
Internal Prints > User Information Prints > Network Configuration Page (Afdrukken met
gebruikersinformatie) > netwerkconfiguratiepagina.
1.
Algemene informatie: Informatie over de huidige status en het type actieve verbinding van het
netwerk en andere informatie, zoals de URL van de Embedded Web Server.
2.
802.3 vast: Informatie over de actieve vaste netwerkverbinding, zoals het IP-adres, het
subnetmasker, de standaard-gateway en het hardwareadres van de printer.
3.
802. 1 1 draadloos: Informatie over uw draadloze netwerkverbinding, zoals de hostnaam, het IP-adres,
het subnetmasker, de standaard-gateway en het hardwareadres van het apparaat.
4.
Diversen: Toont informatie over meer geavanceerde netwerkinstellingen.
●
Poort 9100: De printer ondersteunt onbewerkt IP-afdrukken via TCP-poort 9100. Deze
HP-specifieke TCP/IP-poort van de printer is de standaardpoort voor afdrukken. Deze is
toegankelijk via HP-software (bijvoorbeeld de standaardpoort van HP).
●
LPD: Line Printer Daemon (LPD) verwijst naar het protocol en de programma's die zijn
gekoppeld aan lijnprinter-spoolingservices die kunnen worden geïnstalleerd op verschillende
TCP/IP-systemen.
OPMERKING:
LPD die voldoet aan het RFC 1179-document. Het proces voor het configureren van
printerspoolers kan echter verschillen. Zie uw systeemdocumentatie voor informatie over het
configureren van deze systemen.
●
Bonjour: Bonjour-services (die mDNS of Multicast Domain Name System gebruiken) worden
meestal gebruikt bij kleine netwerken voor IP-adressen en het herleiden van namen (via UDP-
poort 5353), als er geen conventionele DNS-server wordt gebruikt.
110
Hoofdstuk 14 Problemen oplossen met datacommunicatie
De LPD-functionaliteit kan worden gebruikt met elke hostimplementatie van