Hoofdstuk
5
APL-klep
APL met snelontluchting
(Optillen van de klepkop)
Bronchiale afzuiging
leon plus- per 12.08.2021 - 3.11.12
De beademingsdruk tijdens de beademingsmodi
MAN/SPONT, HLM en MON wordt beperkt door de
APL-klep (Adjustable Pressure Limitation;
aanpasbare drukbegrenzing), die tussen de twee
eindstanden SP (spontane ademhaling volledig
geopend) en een max. instelling handmatig kan
worden ingesteld.
Door de klepkop naar rechts te draaien wordt de
vanaf 40 Pa × 100 ( mbar ) een rooster te bemerken
drukgrens verhoogd en naar links verlaagd, waarbij
is. De gemarkeerde instellingen zijn SP (spontaan),
10, 20, 30, 50, 70, max. instelling.
Er zijn 2 varianten van APL beschikbaar:
▪
APL zonder snelontluchting
–
max. instelling 90 Pa × 100 (mbar)
▪
APL met snelontluchting
–
max. instelling 80 Pa × 100 (mbar)
–
het ademhalingssysteem wordt ontlucht door
de klepkop op te tillen
(1) Kijkglazen inspiratoire en expiratoire
klepmembraan
(2) APL met klepkop
(3) Vergrendeling APL (bajonetsluiting)
Er zijn twee varianten voor het opwekken van een
vacuüm:
▪
Injectorprincipe
▪
Vacuüm-wandaansluiting
Neem ook de separate handleiding van de
bronchiale afzuiging in acht.
(1) Vacuümaansluiting voor bronchiale afzuiging
(2) Filter
(3) Glas voor bronchiale afzuiging
Concept van de bediening
Bronchiale afzuiging
67