5.5 Apparaat in-/uitschakelen
AANWIJZINGEN:
• Wacht ca. 2 minuten tot de filter 15 voldoende water heeft geabsorbeerd. Dan
wordt het volledige koeleffect bereikt.
• Wanneer de voorkant 14 niet is gesloten, is het niet mogelijk om het apparaat 6
in te schakelen. Dit is een beveiligingsfunctie.
• Druk op de in-/uitschakelknop
knippert één keer rood. De ventilator begint te werken op stand 1 (lage snelheid).
• Druk opnieuw op de in-/uitschakelknop
5.6 Luchtstroom regelen
• Druk verschillende keren achter elkaar op de snelheidsregelaar
de 3e snelheidsstand om te schakelen:
Led 1 knippert rood Stand
1 keer
2 keer
3 keer
3 om het apparaat 6 in te schakelen. De led 1
3 om het apparaat 6 weer uit te schakelen.
Snelheid
1
laag
2
midden
3
hoog
• U kunt de richting van de luchtstroom beïn-
vloeden door het voorste beschermroos-
ter 13 omhoog of omlaag te kantelen.
Verdampingshoeveelheid
ca. 100 ml/h
ca. 125 ml/h
ca. 150 ml/h
4 om tussen
73
NL