Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
Symptomen van de fout:
Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
Symptomen van de fout:
Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
Symptomen van de fout:
Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
13.2. ECG
Symptomen van de fout:
Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
Symptomen van de fout:
Mogelijke oorzaken/
oplossingen:
(in volgorde van
waarschijnlijkheid)
Symptomen van de fout:
Pagina 34 van 40
• Controleer of de juiste rapportinstellingen in de toepassing zijn ingesteld.
• Controleer of de vereiste parameters zijn geselecteerd in de instellingen.
• Wanneer het Test-scherm of het scherm voor kalibratieverificatie wordt
geopend, verschijnt er een communicatiefoutbericht.
• Controleer of het Vitalograph-apparaat correct is aangesloten.
• Variaties in kalibratieverificatie > +/- 3%
• Voer een nieuwe verificatie uit.
• Is het juiste injectiespuitvolume geselecteerd?
• Controleer of er geen lekkage is in de aansluiting van de flowkop op de
injectiespuit en of het juiste mondstuk en de juiste adapter worden gebruikt.
• Controleer of de connectors vrij zijn van obstructie of vuil en dat ze volledig
zijn ingebracht.
• Controleer of de slangen niet geknikt of samengeknepen zijn.
• Zorg ervoor dat de kalibratiespuit leeg is en met één soepele handeling
wordt gevuld tijdens de verificatie
• Werd er lucht door de flowkop gepompt toen werd geïnstrueerd om ervoor te
zorgen dat er geen verschillen zouden zijn tussen de kamertemperatuur en de
temperatuur van de kalibratiespuit en de flowkop.
• Zorg ervoor dat de flowkop schoon is.
• Neem contact op met Vitalograph.
• Apparaat verschijnt niet voor selectie op het beginscherm van de test
• Het apparaat is niet correct op uw pc aangesloten (zie de gebruiksaanwijzing van
het apparaat).
• De stuurprogramma's zijn niet geïnstalleerd. Voer de Installatie uit vanaf de
USB-stick en selecteer 'USB Pneumotrac installeren' om de stuurprogramma's
handmatig te installeren.
• Het Bluetooth‑stuurprogramma vraagt om het invoeren van een pincode.
• Het apparaat is niet langer gekoppeld en probeert een vaste verbinding tot stand
te brengen.
• Voer "1111" in en bevestig.
• Een of meerdere elektrodecontactpunten knipperen, ondanks dat alle
elektroden zijn aangesloten.
• De elektrode maakt slecht contact.
• Controleer de positionering van de elektrode en het contact met de huid.
• Druk de elektroden stevig op de huid. Scheer zo nodig haar weg of maak de huid
schoon. Gebruik schuurband. Vervang de elektrode.
• Als bovenstaande maatregelen geen verbetering opleveren, is de kabel
misschien defect. Stuur het apparaat ter reparatie terug naar de fabrikant.
• Het apparaat laat gedurende 1 minuut afwisselend een geluid van 2 seconden
horen, gevolgd door 2 seconden stilte.
Een wereldleider in ademhalingsdiagnostiek
DT_0006 Nummer 17