Automatisch draaien uitschakelen
Voer deze stappen uit om automatisch draaien van beelden uit te
schakelen. Bij automatisch draaien worden beelden gedraaid, afhankelijk
van de huidige oriëntatie van de camera.
●
Druk op de knop [
draaien] te selecteren op het tabblad
[
3]. Selecteer vervolgens [Uit]
( = 33).
Beelden kunnen niet worden geroteerd ( = 108) als u [Autom.
●
draaien] instelt op [Uit]. Daarnaast worden reeds geroteerde
beelden ook in hun oorspronkelijke richting weergegeven.
Classificaties toepassen
U kunt beelden organiseren door deze te classificeren. Deze variëren van
[
], [
], [
] om [Autom.
kunt u de volgende bewerkingen beperken tot alle beelden met dezelfde
classificatie.
"Bekijken" ( = 94), "Diavoorstellingen bekijken" ( = 102), "Beelden
●
beveiligen" ( = 103), "Beelden wissen" ( = 106), "Beelden
toevoegen aan de printlijst (DPOF)" ( = 165), "Beelden toevoegen
aan een fotoboek" ( = 167)
Via het menu
], [
], [
] en [
]. Door een classificatie te selecteren,
●
Druk op de knop [ ], selecteer [
het menu en wijs een classificatie toe
( = 32).
●
Als u classificaties wilt verwijderen,
herhaalt u deze bewerking, maar
selecteert u [
] en drukt u op de knop
[ ].
1
Selecteer [Classificatie].
●
Druk op de knop [
[Classificatie] op het tabblad [
( = 33).
2
Selecteer een beeld en een
classificatie.
●
Druk op de knoppen [ ][ ] of draai de
regelaar [ ] om een beeld te selecteren.
Druk vervolgens op de knoppen [ ][ ]
om een classificatie te selecteren.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Foto's
Films
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen van
de camera
2
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
3
Andere opnamemodi
4
] in
P-modus
5
Tv-, Av- en M-modus
Tv-, Av-, M- en C-modi
6
Afspeelmodus
7
Wi-Fi-functies
8
Menu Instellingen
9
Accessoires
10
Bijlage
] en selecteer
1]
Index
109