BEELDKWALITEIT
Deze camera heeft vijf instellingen voor beeldkwaliteit: raw, superfijn, fijn, standaard en economy.
Kies de gewenste instelling altijd voordat u de opname maakt. Kijk bij navigatie door het
opnamemenu op blz. 78.
De beeldkwaliteit wordt bepaald door de sterkte van de compressie, maar heeft geen gevolgen voor
het aantal pixels in het beeld. Hoe hoger de beeldkwaliteit, des te lager is de compressie en des te
groter is het beeldbestand. De stand superfijn geeft de hoogste beeldkwaliteit en de grootste
beeldbestanden. Is benutting van de ruimte op de kaart van groot belang, gebruik dan de economy
stand. De standaardinstelling is voor normaal gebruik voldoende. De tabel hieronder geeft bij
benadering de compressieverhouding; opnamen met veel details kunnen minder sterk worden
gecomprimeerd dan andere.
Superfijn-beelden worden als TIFF-bestand opgeslagen. Opnamen met fijn, standaard en economy
worden opgeslagen als JPEG-bestand. Superfijn, fijn, standaard en economy bestanden worden als
24 bit kleur of 8 bit zwartwit opgeslagen. RAW geeft een bestandsformaat dat alleen met de DiMAGE
Viewer software kan worden gelezen.
Wordt de beeldkwaliteit veranderd, dan geeft het data-scherm bij benadering het aantal opnamen
weer dat bij deze instelling nog kan worden opgeslagen. Op een Compact Flash kaart kunt u
beelden met verschillende kwaliteitsinstellingen opslaan.
Data-
EVF en
scherm
LCD-monitor
RAW
S. FIN
FINE
STD.
ECON.
RAW - ongecomprimeerde beeldinformatie
Superfijn - de hoogste beeldkwaliteit
Fijn - hoge beeldkwaliteit
Standaard - standaardinstelling
Economy - minimale bestandsgrootten
83