Inhoudsopgave
Advertenties
OVERZICHT
Grootte van de elektrode
Gemiddelde dikte
van het materiaal
1.0-2.0 mm
2.0-5.0 mm
5.0-8.0 mm
>8.0 mm
Lasstroom (Stroomsterkte)
Grootte van de
elektrode
ø mm
2.5 mm
3.2 mm
4.0 mm
5.0 mm
doorbranden van het basismetaal en de productie van overmatige spatten. De normale
stroomsterkte voor een bepaald werk kan als de maximum te gebruiken stroomsterkte worden
beschouwd zonder door het werkstuk heen te branden, de elektrode te oververhitten of een
oppervlak vol spatten te produceren. Deze tabel geeft een overzicht van het stroombereik dat over
het algemeen aanbevolen is voor een elektrode van het type 6013 voor algemene doeleinden.
Maximale aanbevolen
diameter van de
elektrode
2.5 mm
3.2 mm
4.0 mm
5.0 mm
Stroombereik
(ampère)
60-95
100-130
130-165
165-260
De grootte van de elektrode hangt over het
algemeen af van de dikte van het te lassen
deel. Hoe dikker dat deel, des te groter de
benodigde elektrode. Deze tabel biedt een
overzicht van de maximum grootte van de
elektroden die gebruikt kunnen worden voor
de verschillende diktes van het te lassen deel
gebaseerd op het gebruik van een type 6013
elektrode voor algemene doeleinden.
De juiste stroomsterkte voor een bepaald werk
vormt een belangrijke factor in het booglassen.
Indien de stroomsterkte te laag is ingesteld,
kan het moeilijk blijken om een stabiele boog
te ontsteken en te behouden. De elektrode
heeft de neiging om aan het werkstuk te
kleven, de penetratie is slecht en de neersmelt
zal bestaan uit lasrupsen met een
uitgesproken afgerond profiel. Een te hoge
stroomsterkte gaat gepaard met oververhitting
van de elektrode, wat leidt tot randinkarteling,
-19-
Advertenties
Inhoudsopgave
