Figuur 22
1. Borghendel
2. Veiligheidsbeugel
C.
Als de veiligheidsbeugel geborgd is, dient
u de dwarsbalkbeugel naar de cabine te
draaien zodat hij tegen de beugel achteraan
de cabine rust
D.
Steek de resterende borghendel door de
bovenste beugel om ervoor te zorgen dat
de veiligheidsbeugel op zijn plaats blijft
(Figuur
22).
De cabine laten zakken
1.
Verwijder de veiligheidsbeugel als volgt:
A.
Verwijder de 2 borghendels waarmee de
veiligheidsbeugel aan de dwarsbalkbeugels
bevestigd is.
B.
Verwijder de veiligheidsbeugel uit de
dwarsbalkbeugel.
C.
Plaats de veiligheidsbeugel in de houder
(Figuur
21).
2.
Trek een van de handgrepen naar beneden
om de cabine te laten zakken. De beugels
achteraan de cabine horen tussen de beugels
van de dwarsstang te zitten.
3.
Duw de verticale hendels
beugels.
Opmerking:
Beweeg de hendels heen en
weer in de beugels om de borgpennen uit te
lijnen met de openingen.
4.
Als de hendels volledig op hun plaats zitten,
draait u ze achteruit om ze te borgen
3. Dwarsbalkbeugel
(Figuur
22).
(Figuur
20) door de
(Figuur
1. Borghendel (2) – omlaag gedraaid (horizontaal)
5.
Monteer de R-clips.
g036557
De zekeringen vinden
De cabinezekeringen bevinden zich in de
zekeringdoos op de cabineheadliner
1. Cabine zekeringdoos
1. 25 A
2. 15 A
23).
17
Figuur 23
(Figuur
Figuur 24
Figuur 25
3. 5 A
4. 5 A
g018408
24).
g036558
g245763