Warmhouden
Met de functie
Warmhouden
gerecht na de bereiding warmhouden,
zonder het ongewild te laten nagaren.
Het gerecht wordt op een vooraf inge-
stelde temperatuur warmgehouden (zie
het hoofdstuk "Instellingen", paragraaf
"
Voorgeprogramm. temperaturen
U kunt de functie
gebruiken in combinatie met de func-
tie
.
Snelkoelen
Als u de instelling
hebt gekozen, kunt u de functie voor
een enkele bereiding uitschakelen.
Op dezelfde manier kunt u de functie
voor een enkele bereiding inschakelen,
wanneer u de instelling
hebt gekozen.
Deze functie is niet beschikbaar bij de
ovenfunctie
Stomen
Warmhouden voor één bereiding in-
schakelen
Voorbeeld: u hebt een functie en de no-
dige instellingen gekozen, zoals een
temperatuur.
U wilt de functie
bereiding inschakelen.
Kies de sensortoets .
Kies
Warmhouden
Bevestig met OK.
Als ook de functie
schakeld, verschijnt
is "Snelkoelen" vereist. "Snelkoelen" wordt
ook ingeschakeld.
Bevestig de melding indien nodig
met OK.
kunt u het
").
alleen
Warmhouden
|
Warmhouden
Aan
Warmhouden
.
Warmhouden
voor deze
|
Aan
.
is uitge-
Snelkoelen
Voor "Warmhouden"
De functies
zijn ingeschakeld. Na afloop van de be-
reiding gaat de deur automatisch op
een kier open. De koelventilator koelt
het gerecht en de ovenruimte snel af tot
de vooraf ingestelde temperatuur.
Zodra de temperatuur is bereikt, gaat
de deur automatisch weer dicht om het
gerecht warm te houden.
Warmhouden voor één bereiding uit-
schakelen
Voorbeeld: u hebt een functie en de no-
dige instellingen gekozen, zoals een
temperatuur.
U wilt de functie
bereiding uitschakelen.
Kies de sensortoets .
|
Uit
Kies
Warmhouden
Bevestig met OK.
De functie
keld. Na afloop van de bereiding blijft
de deur gesloten. De koelventilator
koelt het gerecht en de ovenruimte af.
De instelling voor de functie
wijzigt niet.
Bediening
Warmhouden
en
Warmhouden
|
Uit
.
Warmhouden
is uitgescha-
Snelkoelen
voor deze
Snelkoelen
61