Inhoudsopgave
Advertenties
Montage
8.
Plaats de sensorkabel in de sensor tot de eindaanslag en draai de wartelmoer vast.
22
Montage van de sensor en aansluiten van de sensorkabel
De sensoren kunnen nu op de transmitter worden aangesloten met de sensorkabels
en de foutmeldingen kunnen worden gecontroleerd met de sensor-check-functie.
Hiermee is de montageprocedure afgerond.
• Het zichtbare meetbuisoppervlak moet schoon zijn (vrij van verf en/of roest) om een
goed akoestisch contact te waarborgen.
• Wanneer de sensor van de meetbuis wordt gedemonteerd, moet deze worden
schoongemaakt en moet nieuwe koppelgel worden aangebracht (wanneer er geen
koppelkussen is).
• Op ruwe meetbuisoppervlakken, moeten de openingen in het ruwe oppervlak worden
gevuld moet voldoende hoeveelheid koppelgel wanneer gebruik van het koppelkussen
niet voldoende is (kwaliteitscontrole installatie).
5.3
Controles voor de montage
Is het instrument beschadigd (visuele inspectie)?
Voldoet het meetinstrument aan de meetpuntspecificaties?
Bijvoorbeeld:
• Procestemperatuur
• Inlooplengte
• Omgevingstemperatuur
• Meetbereik
Is de juiste inbouwpositie voor de sensor gekozen → 12?
• Conform het sensortype
• Conform de mediumtemperatuur
• Conform de mediumeigenschappen (ontgassing, met opgenomen vaste deeltjes)
Zijn de sensoren correct aangesloten op de transmitter (bovenstrooms/benedenstrooms) ?
Zijn de sensoren correct gemonteerd (afstand, 1 traverse, 2 traversen) ?
Zijn de meetpuntidentificatie en de typeplaat correct (visuele inspectie)?
32
Proline Prosonic Flow W
A0043386
Endress+Hauser
Advertenties
Inhoudsopgave
