6.6 Filament verwisselen
6.6.2. Selecteer "Unload Filament" en volg de stappen op afbeelding g t/m k.
1. Laat de nozzle opwarmen tot de ingestelde temperatuur (afbeelding i)
2. Zodra de temperatuur bereikt is (afbeelding g) zal het filament semiautomatisch uit de nozzle
gevoerd worden.
3. Zodra het LCD-scherm het beeld van afbeelding k weergeeft is de printer klaar met het uitvoeren
van het filament. Trek het filament voorzichtig uit de nozzle.
g
i
j
k
h
27