De informatie van de verzender toevoegen bij het afdrukken van faxen
Als de FOOTER (Voettekst)-instelling in het UTILITY (Gebr.programma)-menu is ingesteld op
ON (Aan), dan kan informatie zoals het faxnummer van de afzender, de ontvangstdatum/tijd, het
sessienummer en het paginanummer worden afgedrukt op 4,0 mm vanaf de onderrand van de fax die
is ontvangen en afgedrukt.
De volgende items in de voetnoot.
Item
Het faxnummer van
deze machine
Ontvangstdatum/tijd
Het faxnummer van
de verzender
Sessienummer
Paginanummer
Opmerking:
Om de voetnoot af te drukken, stelt u FAX RX OPERATION (Fax RX-inst.)/FOOTER (Voettekst)
in op ON (Aan). Voor meer informatie, raadpleegt u "FAX RX OPERATION (Fax RX-inst.)-menu " op
pagina 16.
Afdrukmethode tijdens ontvangst
De relatie tussen de lengte van het ontvangen document en het document dat feitelijk wordt afgedrukt
wordt hieronder getoond.
Het document wordt anders afgedrukt, afhankelijk van de instelling die is geselecteerd voor de
REDUCTION RX (Verkleinde RX)-parameter op het FAX RX OPERATION (Fax
RX-inst.)-menu.
REDUCTION RX (Verkleinde RX): ON (Aan)
Opmerking:
Afbeeldingen worden alleen verkleind in verticale richting.
Epson AcuLaser CX37DNF
Beschrijving
Toont het faxnummer dat voor deze machine is gespecificeerd met ADMIN. MANAGEMENT
(Admin.beheer)/USER SETTING (Gebruikersinst.) in het menu UTILITY
(Gebr.programma).
Toont de datum/tijd waarop de fax is ontvangen. De tijd is ingesteld in het 24-uurs formaat.
Toont het faxnummer van de verzender.
Toont het sessienummer dat wordt gebruikt om de ontvangen fax te beheren.
Toont het paginanummer.
Gebruikershandleiding van de fax
Faxen ontvangen
56