3.3
Onderhoudsvoorschriften
1.
Alvorens werkzaamheden met betrekking tot herstelling, onderhoud
of reiniging door te voeren en ook vooraleer een storing op te lossen,
schakelt u de aandrijving uit en legt u de motor stil! Trek de
contactsleutel uit het contact!
2.
Controleer met regelmatige tussenpozen of de schroeven en moeren
vastzitten; draai ze zo nodig vaster aan!
3.
Klem de machine met gepaste middelen vast voor iedere
werkzaamheid, waarvoor het noodzakelijk is dat de machine stilstaat!
4.
Ledig de olie, de smeerstoffen en de filters overeenkomstig de
voorschriften!
5.
Bij alle werkzaamheden aan de stroomkring dient u de
stroomvoorziening te onderbreken!
6.
Maak de verbindingskabels van de generator en van de batterij los
vooraleer u laswerken op de tractor of op de machine doorvoert!
7.
De reserve-onderdelen moeten in ieder geval aan de technische
specificaties van de fabrikant beantwoorden. Dit is bijvoorbeeld van
toepassing wanneer er originele reserve-onderdelen gebruikt
worden!
17