Hoofdstuk 5
Printerdriver gebruiken in Macintosh
Printerdriver
Met de printerdriver kunt u instellingen opgeven voor optimale
printerprestaties. De printerdriver bevat het hulpprogramma
EPSON Status Monitor 3, dat u kunt openen via het Apple-menu.
Met EPSON Status Monitor 3 kunt u de printerstatus controleren.
Zie "Printer controleren (EPSON Status Monitor 3)" op pagina 87
voor meer informatie.
In de printerdriver kunt u meestal geen instellingen opgeven,
zoals het opnieuw instellen van de tonerteller en de teller voor de
fotogeleidingseenheid. Dergelijke instellingen kunt u opgeven
via het hulpprogramma Remote Control Panel. Zie "Remote
Control Panel installeren" op pagina 153 voor informatie over het
installeren van het hulpprogramma Remote Control Panel.
Printerdriver openen
Met de printerdriver kunt u de printer beheren en
printerinstellingen wijzigen. In de printerdriver kunt u
eenvoudig de printerinstellingen opgeven, bijvoorbeeld voor de
papierbron, het papierformaat en de afdrukstand. Hierna wordt
beschreven hoe u de menu's van de printerdriver kunt openen.
Als u de printerdriver wilt openen in Macintosh, klikt u op
Kiezer in het Apple-menu. Klik vervolgens op het pictogram
EPL-6100 en klik op Setup .
Printerdriver gebruiken in Macintosh
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
77