Installatie en eerste inbedrijfstelling
30
5.2
Opstellingsvarianten
De volgende opstellingsvarianten zijn mogelijk:
○ Bodem-wandmontage (aanbevolen variant)
○ Bodemmontage (alternatief)
○ Wand-wandmontage
5.2.1
Algemene aanwijzingen voor de keuze van de montagevariant
Bij de aan de wand hangende montage moet altijd rekening gehouden worden met de constructieve
condities.
Het wandmateriaal speelt een beslissende rol voor de geluidsoverdracht. Bij lichte bouwwanden
moet rekening gehouden worden met een mogelijke geluidsoverdracht van de zuigmachine naar
andere ruimtes.
Voor de montage aan wanden uit lichte bouwmaterialen of bouwstoffen met geringe stevigheid
moeten Soms speciale plugs gebruiken, de keuze van de montage-elementen is de
verantwoordelijkheid van de opsteller van het apparaat.
Omwille van de bedrijfsveiligheid moet een montagevariant met verhoogde zuigmachine beter
beoordeeld worden, maar opstelling op de bodem van de zuigmachine is uitdrukkelijk toegestaan.
Uitzondering: Gebruik de variant bodemmontage niet bij gevaar voor overstromingen in de kelder.
Fixeer onafhankelijk van de montagevariant de toe- en afvoerluchtslangen met de meegeleverde
wandklemmen. Onbevestigde slangen kunnen trillen en scheuren en/of ondicht worden.
5.2.2
Aanwijzingen bij gebruik van een nageschakelde hefinstallatie
○ Installeer de tankeenheid zo hoog dat de verbinding van de afscheideruitgang naar de inloop van
de hijsinstallatie een constant verval vertoont.
○ Borg de leiding tussen hijsinstallatie en afvalwaterbuis voor drukken tot min. 1,5 bar
(deze tegendruk kan een hijsinstallatie opbouwen).
○ Beveilig de hijsinstallatie tegen onvrijwillig wegglijden of verschuiven.
○ De hijsinstallatie moet geurdicht uitgevoerd zijn.
○ De opening voor de ontluchting van de hijsinstallatie moet met een actieve koolfilter uitgerust
zijn of naar open lucht gevoerd worden. De actieve koolfilter moet regelmatig vervangen worden.
i
○ Een ontbrekende reservoirontluchting van de hijsinstallatie leidt tot de opbouw
○ Gebruik voor de best mogelijke veiligheid een hijsinstallatie met controle-
1.2.246.0001
van een lucht- kussen en door de tegendruk tot afvoerstoringen van de
amalgaamafscheider.
inrichting en laat de hijsinstallatie regelmatig controleren.
De uitval van de hijsinstallatie leidt tot uitschakeling van de zuiginstallatie.
M4