5BHoofdstuk 6: Een PTZ-camera besturen
U verwijdert als volgt een voorkeuzetraject:
1. Klik op het pictogram
Meer
instell..
2. Selecteer een trajectnummer in de presetlijst en klik op
geselecteerde voorkeuzetraject te verwijderen.
– Of –
Klik in de voorkeuzetrajectwerkbalk op
verwijderen.
3. Klik op
Terug
om terug te keren naar de live-weergavemodus.
U roept als volgt een voorkeuzetraject op:
•
PTZ-bedieningspaneel:
1. Klik in de live-weergave met de linkermuisknop en selecteer het PTZ-
bedieningspictogram in de werkbalk voor snelle toegang. Het PTZ-
bedieningspaneel verschijnt. Selecteer de gewenste camera in de werkbalk.
– Of –
Selecteer op het voorpaneel de gewenste camera en druk op
joystick om de werkbalk voor snelle toegang te openen. Het PTZ-
bedieningspaneel verschijnt.
2. Schuif door de werkbalk naar Tour (Traject) en dubbelklik op het gewenste
traject in de lijst. De camera voert onmiddellijk de voorkeuzetrajectbeweging uit.
•
Menuwerkbalk:
1. Klik op het pictogram
Meer
instell..
2. Selecteer het gewenste voorkeuzetraject in de lijst en klik op
traject te starten. Klik op
3. Klik op
Terug
om terug te keren naar de live-weergavemodus.
Een schaduwtraject instellen en oproepen
Met de schaduwtrajectopdracht wordt het bewegingstraject van de PTZ-
domecamera onthouden. U kunt één schaduwtraject instellen.
Opmerking:
De gebruikte PTZ-domecamera moet in staat zijn een
schaduwtrajectopdracht te ondersteunen. Zie Bijlage F op pagina 159 voor het
volledige overzicht van beschikbare PTZ-opdrachten per cameraprotocol.
46
PTZ-instellingen
in de menuwerkbalk en selecteer
PTZ-instellingen
in de menuwerkbalk en selecteer
om het voorkeuzetraject te stoppen.
om het
om alle voorkeuzetrajecten te
Enter
TruVision NVR 21 Gebruikershandleiding
op de
om het