•
U kunt nu naar de zijkant buigen zonder dat u het risico loop de balans te verliezen. Zorg er voor dat u tijdens het
optillen zo dicht mogelijk langs de rolstoel beweegt.
4.2.3
Naar achteren buigen en/of reiken
Als u iets wilt pakken dat aan de achterkant van uw rolstoel ligt, dient u onderstaande stappen te volgen.
•
Zorg er voor dat u zo dicht mogelijk bij het object bent met uw rolstoel. Maak gebruik van uw achterwielen van de
rolstoel. Zet deze bijvoorbeeld tegen een kast aan als hetgene dat u wilt pakken in een kast ligt;
•
Zet de rolstoel niet op de rem. Mocht u de balans kwijt raken kunt u beter naar achter rijden dan dat de rolstoel
naar achteren kantelt;
•
U kunt nu naar achteren buigen zonder dat u het risico loop de balans te verliezen. Buig echter niet te ver naar
achteren. Dan zal de rolstoel alsnog kantelen.
4.3
Het op- en afgaan van verhogingen
Het kan voorkomen dat u met uw rolstoel een verhoging op of af dient te gaan. Daarbij beschrijven we in deze
gebruikershandleiding eerst hoe u dit zelfstandig doet en daarna hoe u dit met een begeleider kunt doen.
4.3.1
Het opgaan van een verhoging
Als u een verhoging op wilt gaan doet u dit in een voorwaartse beweging. Zorg er voor dat uw gewicht zo ver mogelijk
naar voren wordt gebracht door voorover te buigen. Op deze manier kunt u zo veilig mogelijk op een verhoging komen
met uw rolstoel.
Waarschuwing
U dient alleen een verhoging op te gaan nadat u met een specialist, zoals een ergotherapeut, heeft overlegd hoe u dit
het beste kunt doen.
U kunt ook een verhoging opgaan met behulp van uw begeleider. Dit kan op twee manieren.
1.
Uw begeleider dient de rolstoel in voorwaartse beweging voor de verhoging te plaatsen. Door op de
duwhandvatten te drukken komen de zwenkwieltjes aan de voorkant los van de grond. Tegelijkertijd dient de
begeleider zijn voet te plaatsen op de zogenaamde stepper. Er zal nu een hefboom effect ontstaan en zo kan de
rolstoel op de verhoging worden gereden.
2.
Uw begeleider dient de rolstoel in achterwaartse beweging voor de verhoging te plaatsen. Door zelf zo ver mogelijk
naar achteren te gaan zitten in de rolstoel en de rolstoel licht naar achteren te kantelen, kan uw begeleider de
rolstoel op de verhoging trekken. Uw begeleider mag de rolstoel pas laten zakken als de zwenkwieltjes op de
verhoging staan.
4.3.2
Het afgaan van een verhoging
Als u zelfstandig een verhoging af wilt gaan, dient u dit altijd achterwaarts te doen. Wanneer u dit voorwaarts doet, is
het risico dat u kantelt met uw rolstoel erg groot. U dient echter wel vooraf te oefenen met een ergotherapeut voordat u
zelfstandig een verhoging af gaat met uw rolstoel.
Wij raden u aan om een verhoging af te gaan met een begeleider. Uw begeleider rijdt uw rolstoel tot aan de rand van de
verhoging. Nu dient de gebruiker achterover te leunen en de begeleider de rolstoel achterover te kantelen. Wanneer de
rolstoel in balans is kan uw begeleider de rolstoel rustig van de verhoging af laten gaan. De rolstoel mag pas weer verder
gebruikt worden wanneer de zwenkwieltjes de grond weer raken.
4.4
Het op- en afgaan van hellingen
De meeste mensen kunnen zelf een korte en niet te steile helling beklimmen. Dit is afhankelijk van uw fysieke
mogelijkheden en de gradatie van de helling. De meeste mensen ontwikkelen daarom ook zelf methodes om helling
op en af te gaan. Mocht het nodig zijn dat u tijdens het op- of afgaan van een helling moet stoppen, maak dan geen
onverwachte bewegingen die een kanteling kunnen veroorzaken.
11