Patronen kiezen
Patronen kiezen
Aantrekkelijke afwerkingen maken
Bij het naaien van letters en decoratieve steekpatronen kunt u
onderstaande tabel raadplegen voor de juiste combinatie van
stoffen, naald en draad om het mooiste resultaat te krijgen.
Opmerking
• Andere factoren, zoals de dikte van de stof,
steunstof enz., zijn ook van invloed op de steek.
Naai daarom altijd een paar proefsteken voordat
u aan uw project begint.
• Misschien moet u het patroon aanpassen,
naargelang het soort stof dat u gebruikt of de
naaisnelheid. Pas het patroon aan en test het
resultaat op een restje van dezelfde stof die u
gebruikt voor uw project. Zie "Aanpassingen" op
pagina D-5.
• Bij het naaien van satijnsteken kunnen de steken
gaan trekken of opbollen. Bevestig daarom een
steunstof.
• Leid de stof met uw hand om de stof tijdens het
naaien recht en gelijkmatig door te voeren.
Stof
Bij stretchstof, lichte stof of grof geweven stof
bevestigt u eerst steunstof aan de achterkant van
de stof. Eventueel kunt u de stof ook op dun
papier, bijvoorbeeld overtrekpapier, plaatsen.
1 Stof
2 Steunstof
3 Dun papier
Draad
#50 - #60
Naald
Met lichtgewichtstof, normale stof of stretchstof:
ballpointnaald (goudkleurig) 90/14
Met zware stof: naaimachinenaald voor
huishoudelijk gebruik 90/14
Persvoet
Monogramvoet "N".
Wanneer u zigzagvoet "J" of andere persvoeten
gebruikt, krijgt u mogelijk slechtere resultaten.
Tweelingnaald U kunt naaien met tweelingnaald (2/11) wanneer u
het 7 mm satijnsteekpatroon selecteert. In dit geval
gebruikt u zigzagvoet "J".
D-4
Standaardnaaiwerkzaamheden
a
Selecteer een decoratief/lettersteekpatroon.
b
Bevestig monogramvoet "N".
c
Plaats de stof onder de persvoet, trek de bovendraad
uit naar de zijkant en druk op de
om de naald omlaag te zetten in de stof. Zet vervolgens
de persvoet omlaag.
d
Druk op de "Start/Stop"-toets om te beginnen met
naaien.
VOORZICHTIG
• Als u 7 mm satijnsteken naait en de steken
gaan opbollen, maakt u de steeklengte groter.
Als u toch doorgaat met naaien terwijl de
steken opbollen, kan de naald buigen of
breken. Meer bijzonderheden over het
aanpassen van de steeklengte vindt u in
"Steeklengte instellen" in "Basishandelingen".
Memo
• Als u tijdens het naaien de stof duwt of trekt, kan
het patroon verkeerd uitkomen. Afhankelijk van
het patroon kan er, behalve naar voren en naar
achteren, ook een beweging naar links en naar
rechts plaatsvinden. Leid de stof met uw hand om
de stof tijdens het naaien recht en gelijkmatig
door te voeren.
e
Druk op de "Start/Stop"-toets om te stoppen met
naaien.
(naaldstandtoets)