Installatie onderhouden
7.2
Waterdruk controleren en corrigeren
Opdat uw installatie zou kunnen functioneren, moet er
zich voldoende water in de installatie bevinden.
SCHADE AAN DE INSTALLATIE
door veelvuldig bijvullen.
OPGELET!
Wanneer u de installatie veelvuldig moet
bijvullen met bijvulwater, kan de installatie,
al naargelang de waterkwaliteit door
corrosie of steenvorming beschadigd
worden.
Contacteer uw vakman wanneer u uw
installatie vaak moet bijvullen.
Wanneer de waterdruk in de installatie te laag is, moet u
de installatie met bijvulwater (zie hoofdstuk 3 "Het
geschikte vul- en bijvulwater gebruiken", pagina 7)
bijvullen.
7.2.1 Wanneer moet u de waterdruk van de
installatie controleren?
– Het nieuwe vul- of bijvulwater verliest in de eerste
dagen veel aan volume, omdat het sterk ontgast. Bij
pas gevulde installaties moet daarom de waterdruk
van het verwarmingswater eerst dagelijks en later
met steeds groter wordende intervals gecontroleerd
worden.
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Wanneer het vul- en bijvulwater ontgast,
kunnen er zich in de
verwarmingsinstallatie luchtophopingen
vormen.
Ontlucht de verwarmingsinstallatie aan
de radiatoren, vul de installatie
eventueel met bijvulwater bij.
– Wanneer het verwarmingswater amper nog aan
volume verliest, moet u de waterdruk van het
verwarmingswater nog slecht éénmaal per maand
ccontroleren.
Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
Bedieningsvoorschrift Specifieke ketel voor stookolie / gas Logano GE515 • Uitgave 2018/01
7
13