Service-informatie
Riem-/snaarloop inregelen
Ingebruikneming
Voor ingebruikneming van de transportband moet worden gecontroleerd
dat
bij de GSPV riemtransportband de riem rechtuit loopt en niet naar
een kant verloopt.
bij de RSPV/RF transportband beide snaren exact dezelfde lengte
hebben zodat het dienblad tijdens het transport niet verdraaid.
GSPV riemtransportband
I
Voor een rechte riemloop moeten aandrijfas en keeras haaks op de trans-
portrichting zijn gemonteerd resp. ingesteld.
Een rechte riemloop is daaraan te herkennen dat de afstand tussen de
buitenzijde van de riem en de lange zijde van de behuizing bij ingescha-
kelde bandloop constant blijft.
De aandrijfas is haaks op de transportrichting gemonteerd
De afstand tussen de buitenzijde van de riem en de in de transportrichting
rechte lange zijde van de behuizing is bepaald
De riemloop is gestart
De riem verloopt in de transportrichting naar rechts
Span de stelschroef van de keerrol aan de in transportrichting rechter-
zijde door deze naar rechts te draaien
– of –
Ontspan de stelschroef van de keerrol aan de in transportrichting linker-
zijde door deze naar links te draaien.
De riem verloopt in de transportrichting naar links
Span de stelschroef van de keerrol aan de in transportrichting linkerzijde
door deze naar rechts te draaien
– of –
Ontspan de stelschroef van de keerrol aan de in transportrichting rech-
terzijde door deze naar links te draaien.
Controleer de riemloop opnieuw en herhaal zonodig bovenstaande stap-
pen tot de afstand tussen de buitenzijde van de riem en de lange zijde
van de behuizing constant blijft.
– 61 –
Transportbanden GSPV, RSPV, RF