Relaisfunctie
De regelmodule start de circulatiepomp (relais gesloten) wanneer er
vraag naar verwarming of koeling is.
Als een communicatiemodule is aangesloten en meerdere
regelmodules worden gebruikt, kan het relais worden ingesteld op
individuele of gemeenschappelijke pompmodus.
Individuele pomp:
De relaisfunctie wordt ingesteld op basis van de regelmodule. Eén
circulatiepomp per regelmodule is aangesloten op relais 1. Wanneer
een specifieke regelmodule een vraag ontvangt, wordt alleen de
pomp gestart die op die regelmodule is aangesloten.
Standaard pomp:
De relaisfunctie is ingesteld voor het hele systeem. Eén pomp per
systeem is aangesloten (alleen op relais 1 van de
masterregelmodule). Wanneer ergens in het systeem een vraag is,
wordt de hoofdpomp gestart.
Indien ingesteld op Common, kan het circulatiepomprelais worden
gebruikt voor andere functies op de sub-regelmodule. Zie
regelmodulerelais voor meer informatie.
Ketel
Waarschuwing!
Gevaar voor elektrische schok! Elektrische installatie- en
servicewerkzaamheden achter de afgesloten 230V AC
afdekking dienen onder toezicht van een bevoegde
elektricien te gebeuren.
LET OP!
Deze aansluiting vereist een potentiaalvrij aansluitcontact
in de warmteopwekker als vrijgavesignaal.
LET OP!
Er is geen spanningvoorziening in de regelmodule voor
de ketel. De ketelconnector in de regelmodule biedt
alleen een droog contact voor het in- en uitschakelen van
de spanningsvoorziening van de ketel.
1.
Zorg ervoor dat de spanningsvoorziening naar zowel de
regelmodule als de ketel is losgekoppeld.
2.
Verwijder de schroef en open de afdekking van het
aansluitingenvak.
3.
Leid de kabel van/naar de warmteopwekker door de
kabelopening.
4.
Sluit de ketel aan op de aansluiting genaamd Relais 2 (KETEL).
5.
Zet de kabel van/naar de warmteopwekker vast met een
kabelklem in de behuizing.
6.
Sluit de afdekking van het aansluitingenvak en zet deze vast.
Relaisfunctie
Gebruik het ketelrelais om een AAN-signaal naar de warmtebron te
sturen of om een gemotoriseerde zoneklep met twee poorten (in de
voedingsleiding van de vloerverwarmingsverdeler) te openen. Als u
het relais gebruikt om de zoneklep te openen, dient u de
potentiaalvrije hulpcontacten op de zoneklep te gebruiken om de
warmtebron te schakelen.
Het verwarmingsrelais kan ook worden gebruikt om een vraagsignaal
te zenden naar een elektrische aanvoertemperatuurregelaar. Gebruik
de aanvullende contacten op de aanvoertemperatuurregelaar om de
warmteopwekker te schakelen.
De ketel wordt geactiveerd als het relais wordt gesloten.
Verwarmen/koelen (vereist
communicatiemodule)
Waarschuwing!
Gevaar voor elektrische schok! Elektrische installatie- en
servicewerkzaamheden achter de afgesloten 230V AC
afdekking dienen onder toezicht van een bevoegde
elektricien te gebeuren.
Voorzichtig!
Als het systeem beschikt over meer dan één
WD0000004
regelmodule en de instellingen van de circulatiepomp in
Installateurinstellingen zijn ingesteld op Algemeen. De
aansluiting op de andere regelmodules kan gebruikt
worden voor het uitgaande signaal verwarmen/koelen.
LET OP!
Deze aansluiting vereist een potentiaalvrij schakelcontact
dat het signaal detecteert in een verwarmen/koelen
apparaat.
LET OP!
Deze relaisfunctie vereist een communicatiemodule en
moet worden ingesteld op Installateurinstellingen
tijdens de eerste configuratie, of in het
Systeeminstellingen menu.
LET OP!
Zorg bij systemen met een communicatiemodule ervoor
dat regelmodule, relais 2 (ketel) is ingesteld op
Omschakelen V/K in Installateurinstellingen en dat
koeling in het systeem beschikbaar is.
1.
Zorg ervoor dat de spanningsvoorziening naar zowel de
regelmodule als het verwarmen-/koelenrelais is losgekoppeld.
2.
Verwijder de schroef en open de afdekking van het
aansluitingenvak.
3.
Leid de kabel van/naar het verwarmen-/koelenrelais via een
kabelopening.
Uponor Smatrix Wave Pulse
|
Installatie- en bedieningshandleiding
WD0000005
|
31