Bedieningshandleiding
BEDIENINGSINSTRUCTIES
Motor starten
1 Draai het contactslot van de
grondbediening in de gewenste
stand.
2 Zorg ervoor dat de rode noodstopknoppen van
zowel de grond- als platformbediening
uitgetrokken zijn naar de stand aan.
Benzine/LPG-modellen
3 Kies de brandstof door de brandstofkeuze-
schakelaar in de gewenste stand te zetten.
4 Verplaats de motorstarttuimelschakelaar naar
een van beide zijden. Als de motor niet start of
afslaat, schakelt de herstartvertraging de
startschakelaar 3 seconden uit.
Dieselmodellen
3 Verplaats de gloeibougieschakelaar naar een
van beide zijden en houd deze 3 tot 5 seconden
vast.
4 Verplaats de motorstarttuimelschakelaar naar
een van beide zijden. Als de motor niet start of
afslaat, schakelt de herstartvertraging de
startschakelaar 3 seconden uit.
Alle modellen
Als de motor na 15 seconden ronddraaien niet
start, dient u de oorzaak hiervan vast te stellen
en eventuele storingen te repareren. Wacht
60 seconden voordat u opnieuw probeert te starten.
Warm onder koude omstandigheden, -6° C en lager,
de motor gedurende 5 minuten op voordat de
machine in bedrijf wordt genomen om schade aan
het hydraulische systeem te voorkomen.
24
Onder extreem koude omstandigheden, -18° C en
lager, dienen machines te worden uitgerust met
optionele koude-startsets. Als u probeert de motor
te starten bij temperaturen onder de -18° C kan het
gebruik van een hulpaccu nodig zijn.
Benzine/LPG-modellen: Onder koude omstandig-
heden, -6° C en lager, dient de machine te worden
gestart op benzine en 2 minuten warm te draaien,
waarna op LPG kan worden overgeschakeld. Warme
motoren kunnen op LPG worden gestart.
Noodstop
Druk de rode noodstopknop van de grond- of
platformbediening in naar de stand uit om alle
functies stop te zetten en de motor uit te
schakelen.
Repareer elke functie die nog werkt als de rode
noodstopknop is ingedrukt.
De grondbediening krijgt voorrang op de rode
noodstopknop op het platform.
Hulpvoeding-
bedieningselementen
Gebruik de hulpvoeding als de primaire krachtbron
(motor) defect is.
1 Draai het contactslot naar grond- of
platformbediening.
2 Trek de rode noodstopknop uit naar de
stand aan.
3 Druk de voetschakelaar in wanneer u de
hulpvoeding-bedieningselementen bedient vanuit
het platform.
4 Houd de hulpvoedingschakelaar
ingeschakeld en activeer
tegelijkertijd de gewenste functie.
De rijfunctie werkt niet op hulpvoeding.
S-60 • S-65
Vierde uitgave • Eerste druk
Onderdeelnr. 110018DU