Probleemoplossing
Diagnostiek spuitpatroon
Probleem
Het spuitpatroon is ongelijkmatig:
Spuitpatroon vertoont uitloop:
Het spuitpatroon druipt of zakt:
30
Oorzaak
De gebruiker beweegt te snel
tijdens het spuiten.
De spuittip is verstopt.
Het materiaal is moeilijk te
vernevelen.
De uitlaatventielen zijn vuil of
versleten.
De pomp is aan het einde van
de levensduur.
De snelheid is te laag ingesteld.
Mogelijk moet het materiaal
worden verdund.
Onjuiste spuittip voor de
toepassing van het materiaal.
Het materiaal is niet geschikt
voor het spuittoestel.
De spuittip is versleten of
beschadigd.
De gebruiker beweegt te langzaam
tijdens het spuiten.
Het spuittoestel bevindt zich te
dicht bij het oppervlak.
Houd de trekker ingedrukt terwijl
u de spuitrichting verandert.
De snelheidsschakelaar is
te hoog ingesteld.
De spuittip is versleten of
beschadigd.
Oplossing
Trage bewegingssnelheid.
Maak de spuittip vrij of reinig de
spuittip. Zie Verstoppingen in de
spuittip verwijderen, pagina 18.
Verhoog de druk totdat het
gewenste patroon wordt
gerealiseerd.
Houd het spuittoestel verder
van het oppervlak.
Ga over op een andere spuittip.
Zie De juiste spuittip en druk,
pagina 16.
Verwijder twee pomppluggen
en het voorventiel om de drie
uitlaatventielen toegankelijk te
maken. Reinig de uitlaatventielen.
Vervang waar nodig.
Vervang de complete pomp.
Verhoog de druk totdat het
gewenste patroon wordt
gerealiseerd.
Verdun het materiaal conform
de aanbevelingen van de
verffabrikant.
Plaats een ander formaat spuittip.
Zie De juiste spuittip en druk,
pagina 16.
Schakel over op een ander
materiaal.
Vervang de spuittip. Zie Installatie
van de spuittip, pagina 19.
Beweeg het spuittoestel sneller
tijdens het spuiten.
Houd het spuittoestel minstens
25 cm (10 inch) van oppervlak.
Houd de trekker ingedrukt
wanneer u van richting verandert.
Verlaag de druk totdat het
gewenste patroon wordt
gerealiseerd.
Vervang de spuittip. Zie Installatie
van de spuittip, pagina 19.
3A9306A